Als er ruzie ontstaat tussen een werkgever en een ex-werknemer over de afgifte van e-mailbestanden rijst de vraag of de werkgever de e-mails als zijn eigendom kan opeisen. Over die vraag heeft het
Hof Arnhem op 3 mei 2011 een uitspraak gedaan.
Een algemeen directeur van een arbeidsbemiddelingsbedrijf heeft zijn dienstverband opgezegd en is bij een concurrent in dienst getreden. Hij heeft ook een aantal andere werknemers meegenomen naar die concurrent. Zijn laptop van zijn werkgever heeft hij ingeleverd. De werkgever heeft die laptop door een bedrijfsrecherchebureau laten onderzoeken. Dat bureau heeft geconcludeerd dat e-mailbestanden met waarschijnlijk bedrijfsgevoelige informatie waren verwijderd. Vervolgens heeft de werkgever de ex-werknemer gesommeerd alle documenten te retourneren zonder kopieën te behouden. De ex-werknemer heeft daarop laten weten dat hij alles had teruggeven.
De werkgever heeft een kort geding aangespannen waarin zij van de ex-werknemer vordert alle e-mails en andere documenten van haar verstrekken op straffe van een dwangsom. Daarop heeft de ex-werknemer een DVD afgegeven met een kopie van alle ingekomen en uitgaande e-mailberichten tot de datum van uitdiensttreding. De rechter in eerste aanleg heeft de vorderingen van de werkgever afgewezen.
In hoger beroep stelt de werkgever dat hij eigenaar is van alle documenten en e-mails en vordert op grond van dat eigendomsrecht de overdracht van de ex-werknemer, zonder enige kopie achter te houden. Die vordering baseert de werkgever op zijn eigendomsrecht op de e-mails.
Het Hof wijst deze vordering af. Het Hof overweegt daartoe dat niet is gebleken dat de DVD eigendom is van de werkgever. Evenmin is gebleken dat de zich op de DVD bevindende e-mails (digitale gegevens) vatbaar zijn voor afgifte (revindicatie) op grond van een eigendomsrecht van de werkgever. Op grond van artikel 5:2 Burgerlijk Wetboek is afgifte op grond van een eigendomsrecht beperkt tot zaken. E-mails en andere digitale bestanden zijn geen zaken. Dat volgt uit artikel 3:2 Burgerlijk Wetboek waarin staat : “zaken zijn de voor menselijke beheersing vatbare stoffelijk objecten.” E-mails en andere digitale bestanden zijn niet als zodanig aan te merken.
Conclusie: e-mails zijn niet vatbaar voor afgifte op grond van een eigendomsrecht. De werkgever was in deze zaak geholpen geweest indien hij met de werknemer had afgesproken dat alle (digitale) documenten, verband houdende met zijn werkzaamheden, bij het einde van de dienstbetrekking dienden te worden ingeleverd, zonder behoud van een kopie. Op grond van een dergelijke afspraak zou de werkgever afgifte hebben kunnen vorderen van de e-mails en andere documenten op grond van een contractuele verplichting van de werknemer. Kennelijk was in dit geval zo’n afspraak niet gemaakt of had de werkgever zich daar niet op beroepen.
Een algemeen directeur van een arbeidsbemiddelingsbedrijf heeft zijn dienstverband opgezegd en is bij een concurrent in dienst getreden. Hij heeft ook een aantal andere werknemers meegenomen naar die concurrent. Zijn laptop van zijn werkgever heeft hij ingeleverd. De werkgever heeft die laptop door een bedrijfsrecherchebureau laten onderzoeken. Dat bureau heeft geconcludeerd dat e-mailbestanden met waarschijnlijk bedrijfsgevoelige informatie waren verwijderd. Vervolgens heeft de werkgever de ex-werknemer gesommeerd alle documenten te retourneren zonder kopieën te behouden. De ex-werknemer heeft daarop laten weten dat hij alles had teruggeven.
De werkgever heeft een kort geding aangespannen waarin zij van de ex-werknemer vordert alle e-mails en andere documenten van haar verstrekken op straffe van een dwangsom. Daarop heeft de ex-werknemer een DVD afgegeven met een kopie van alle ingekomen en uitgaande e-mailberichten tot de datum van uitdiensttreding. De rechter in eerste aanleg heeft de vorderingen van de werkgever afgewezen.
In hoger beroep stelt de werkgever dat hij eigenaar is van alle documenten en e-mails en vordert op grond van dat eigendomsrecht de overdracht van de ex-werknemer, zonder enige kopie achter te houden. Die vordering baseert de werkgever op zijn eigendomsrecht op de e-mails.
Het Hof wijst deze vordering af. Het Hof overweegt daartoe dat niet is gebleken dat de DVD eigendom is van de werkgever. Evenmin is gebleken dat de zich op de DVD bevindende e-mails (digitale gegevens) vatbaar zijn voor afgifte (revindicatie) op grond van een eigendomsrecht van de werkgever. Op grond van artikel 5:2 Burgerlijk Wetboek is afgifte op grond van een eigendomsrecht beperkt tot zaken. E-mails en andere digitale bestanden zijn geen zaken. Dat volgt uit artikel 3:2 Burgerlijk Wetboek waarin staat : “zaken zijn de voor menselijke beheersing vatbare stoffelijk objecten.” E-mails en andere digitale bestanden zijn niet als zodanig aan te merken.
Conclusie: e-mails zijn niet vatbaar voor afgifte op grond van een eigendomsrecht. De werkgever was in deze zaak geholpen geweest indien hij met de werknemer had afgesproken dat alle (digitale) documenten, verband houdende met zijn werkzaamheden, bij het einde van de dienstbetrekking dienden te worden ingeleverd, zonder behoud van een kopie. Op grond van een dergelijke afspraak zou de werkgever afgifte hebben kunnen vorderen van de e-mails en andere documenten op grond van een contractuele verplichting van de werknemer. Kennelijk was in dit geval zo’n afspraak niet gemaakt of had de werkgever zich daar niet op beroepen.
Gerelateerd
Intellectueel Eigendom