De Autoriteit Consument en Markt (ACM) heeft zich tot op heden op het standpunt gesteld dat levering van ‘warmte’ via warmtepompen niet onder de Warmtewet valt. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft op
22 februari 2016 beslist dat een dergelijk systeem wel onder de Warmtewet valt.
Warmtepompen
Bij dit systeem wordt water geleverd met een lage temperatuur (in de onderhavige zaak gemiddeld 11,95 graden Celsius). Individuele warmtepompen zorgen ervoor dat per woning de warmte uit het water wordt omgezet in warm water.
Levering van Warmte
Een leverancier in de zin van de Warmtewet is een persoon die zich bezighoudt met de levering van warmte (artikel 1 onder h Warmtewet). Bepalend is of een leverancier met een dergelijk systeem warmte levert in de zin van de Warmtewet. Warmte wordt in de Warmtewet als volgt gedefinieerd: ‘warm water of tapwater bestemd voor ruimteverwarming of ruimtekoeling, sanitaire doeleinden en huishoudelijk gebruik.’ (artikel 1 onder d Warmtewet). In de definitie staan geen temperatuureisen.
Standpunt ACM
Naar het oordeel van ACM is er in deze situatie geen sprake van de levering van ‘warmte’ in de zin van de Warmtewet. ACM is van oordeel dat er slechts sprake is van de levering van warmte, als de gemiddelde temperatuur van het water op het overdrachtspunt – hier gelegen voor de warmtepompen in de woningen – geschikt is voor huishoudelijke doeleinden. Een gemiddelde temperatuur van 11,95 graden Celsius vindt ACM onvoldoende.
Motivering CBb
Het CBb geeft aan dat de voornaamste doelstelling van de Warmtewet is gelegen in de bescherming van verbruikers, die voor hun warmtebehoefte geheel afhankelijk zijn van hun lokale warmteleverancier. Uit de parlementaire geschiedenis met betrekking tot de formulering van de definitie van de Warmtewet blijkt dat de wetgever ervoor heeft gekozen om ook vormen van warmte met een lagere temperatuur, zoals bij systemen met warmtepompen, onder de Warmtewet te laten vallen.
De oorspronkelijk voorgestelde tekst voor de Warmtewet bevatte geen definitie van het begrip ‘warmte’; deze is daar op advies van de Raad van State in opgenomen (Kamerstukken II 2003-2004, 29 048, nr 4, p. 15). De definitie is bij Nota van Wijziging ingevoegd en luidde als volgt: “Warm water of tapwater met een temperatuur van ten minste 70 graden Celsius en ten hoogste 95 graden Celsius bestemd voor ruimteverwarming, sanitaire doeleinden en huishoudelijk gebruik”.
In reactie op deze invoeging zijn meerdere vragen gesteld over de reikwijdte van het beschermende regime van de Warmtewet. De wetgever heeft daarbij aangegeven dat ook warmteprojecten met warmtebronnen met een lage temperatuur, zoals zeewater, aardwarmte en warmte afkomstig uit riolering, veelal in combinatie met warmtepompen, onder de Warmtewet vallen (Kamerstukken II 2003-2004, 29 048, nr 5).
De definitie van het begrip warmte is vervolgens bij Tweede Nota van Wijziging aangepast in de huidige definitie, waarbij de bandbreedte voor de temperatuur is komen te vervallen (Kamerstukken II 2004-2005, 29 048, nr. 10).
Tot slot
Met deze uitspraak van het CBb staat vast dat ook systemen waarbij water met een lage temperatuur pas na het overdrachtspunt wordt omgezet in warm water, onder de Warmtewet vallen. Gelet op de eerdere uitlatingen van het ACM, zullen veel warmteleveranciers daar geen rekening mee hebben gehouden. Deze warmteleveranciers doen er verstandig aan te laten toetsen of zij voldoen aan de Warmtewet.
Warmtepompen
Bij dit systeem wordt water geleverd met een lage temperatuur (in de onderhavige zaak gemiddeld 11,95 graden Celsius). Individuele warmtepompen zorgen ervoor dat per woning de warmte uit het water wordt omgezet in warm water.
Levering van Warmte
Een leverancier in de zin van de Warmtewet is een persoon die zich bezighoudt met de levering van warmte (artikel 1 onder h Warmtewet). Bepalend is of een leverancier met een dergelijk systeem warmte levert in de zin van de Warmtewet. Warmte wordt in de Warmtewet als volgt gedefinieerd: ‘warm water of tapwater bestemd voor ruimteverwarming of ruimtekoeling, sanitaire doeleinden en huishoudelijk gebruik.’ (artikel 1 onder d Warmtewet). In de definitie staan geen temperatuureisen.
Standpunt ACM
Naar het oordeel van ACM is er in deze situatie geen sprake van de levering van ‘warmte’ in de zin van de Warmtewet. ACM is van oordeel dat er slechts sprake is van de levering van warmte, als de gemiddelde temperatuur van het water op het overdrachtspunt – hier gelegen voor de warmtepompen in de woningen – geschikt is voor huishoudelijke doeleinden. Een gemiddelde temperatuur van 11,95 graden Celsius vindt ACM onvoldoende.
Motivering CBb
Het CBb geeft aan dat de voornaamste doelstelling van de Warmtewet is gelegen in de bescherming van verbruikers, die voor hun warmtebehoefte geheel afhankelijk zijn van hun lokale warmteleverancier. Uit de parlementaire geschiedenis met betrekking tot de formulering van de definitie van de Warmtewet blijkt dat de wetgever ervoor heeft gekozen om ook vormen van warmte met een lagere temperatuur, zoals bij systemen met warmtepompen, onder de Warmtewet te laten vallen.
De oorspronkelijk voorgestelde tekst voor de Warmtewet bevatte geen definitie van het begrip ‘warmte’; deze is daar op advies van de Raad van State in opgenomen (Kamerstukken II 2003-2004, 29 048, nr 4, p. 15). De definitie is bij Nota van Wijziging ingevoegd en luidde als volgt: “Warm water of tapwater met een temperatuur van ten minste 70 graden Celsius en ten hoogste 95 graden Celsius bestemd voor ruimteverwarming, sanitaire doeleinden en huishoudelijk gebruik”.
In reactie op deze invoeging zijn meerdere vragen gesteld over de reikwijdte van het beschermende regime van de Warmtewet. De wetgever heeft daarbij aangegeven dat ook warmteprojecten met warmtebronnen met een lage temperatuur, zoals zeewater, aardwarmte en warmte afkomstig uit riolering, veelal in combinatie met warmtepompen, onder de Warmtewet vallen (Kamerstukken II 2003-2004, 29 048, nr 5).
De definitie van het begrip warmte is vervolgens bij Tweede Nota van Wijziging aangepast in de huidige definitie, waarbij de bandbreedte voor de temperatuur is komen te vervallen (Kamerstukken II 2004-2005, 29 048, nr. 10).
Tot slot
Met deze uitspraak van het CBb staat vast dat ook systemen waarbij water met een lage temperatuur pas na het overdrachtspunt wordt omgezet in warm water, onder de Warmtewet vallen. Gelet op de eerdere uitlatingen van het ACM, zullen veel warmteleveranciers daar geen rekening mee hebben gehouden. Deze warmteleveranciers doen er verstandig aan te laten toetsen of zij voldoen aan de Warmtewet.
Gerelateerd
Energietransitie