Verlof conservatoir beslag - wat toetst de rechter?

25 november 2021, laatst geüpdatet 11 september 2024
In Nederland wordt door de rechter relatief eenvoudig verlof verleend aan een schuldeiser voor het leggen van conservatoir beslag onder zijn schuldenaar. Dat heeft er mee te maken dat de rechter op basis van het verzoek slechts ‘summier’ onderzoek doet of de vordering van de schuldeiser hout snijdt. Dit houdt in dat de rechter geen uitgebreid onderzoek instelt naar de vraag of de schuldeiser of de schuldenaar het gelijk aan zijn zijde heeft. Dat een vordering betwist wordt door de schuldenaar is dus geen reden om het verzoek van de schuldeiser om beslag te mogen leggen af te wijzen. Deze vraag dient te worden beantwoord in een aparte hoofdzaak. In een procedure bij het Gerechtshof Amsterdam van 13 april 2021 oordeelde het Hof dat de voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam de verkeerde maatstaf had toegepast bij het beslissen omtrent de verlening van verlof tot het leggen van beslag.
Teun van der Weijden 
Teun van der Weijden 
Advocaat - Senior
In dit artikel

Summier onderzoek - Wat mag de rechter toetsen?

Artikel 700 lid 1 van het Wetboek van Rechtsvordering (hierna: ‘Rv’) bepaalt dat voor het leggen van conservatoir beslag verlof van de voorzieningenrechter vereist is. Dit verlof wordt door de schuldeiser verzocht door het indienen van een verzoekschrift. In dit verzoekschrift moet onder meer de aard van het te leggen beslag (waarop wordt beslag gelegd) en het ingeroepen recht op grond waarvan beslag wordt aangevraagd worden vermeld (waarom meent de schuldeiser een vordering te hebben). Lid 2 van dit wetsartikel bepaalt bovendien dat de voorzieningenrechter beslist of verlof wordt verleend na summier onderzoek. Dit houdt in dat de voorzieningenrechter op grond van de stellingen en onderbouwing van de verzoeker dient te bekijken of summierlijk blijkt van de deugdelijkheid van de vordering tot verzekering waarvan het beslag strekt. Maar hoe ver gaat dit summier onderzoek?

Oordeel voorzieningenrechter

De verzoeker tot conservatoir beslag in deze zaak had naast een verzoekschrift, ook de dagvaarding én conclusie van antwoord in het geschil overgelegd aan de voorzieningenrechter. Hierin stonden niet alleen de eisen en standpunten van de schuldeiser, maar ook de verweren en de eis in reconventie van de verwerende partij. De rechtbank heeft naar aanleiding van deze stukken geoordeeld dat “de standpunten van partijen lijnrecht tegenover elkaar staan” en dat zij niet kan bepalen welk van de partijen gelijk heeft. De voorzieningenrechter stelde zich naar aanleiding hiervan op het standpunt dat niet kan worden vastgesteld of de vordering van verzoeker summier deugdelijk is en wees het verzoek dan ook af.

Oordeel in hoger beroep – toets niet wie in hoofdzaak gelijk krijgt

In hoger beroep komt de schuldeiser op tegen dit oordeel, aangezien het verzoek zou zijn beoordeeld aan de hand van de verkeerde maatstaf. Het Hof stelt de schuldeiser in het gelijk en oordeelt dat de voorzieningenrechter inderdaad niet de maatstaf zoals die is vastgelegd in art. 700 lid 2 Rv – summier onderzoek – heeft toegepast. Bij deze maatstaf moet de rechter kijken of uit de stellingen en onderbouwing van verzoeker summierlijk blijkt van deugdelijkheid van de vordering tot verzekering waarvan het beslag strekt. Dit brengt niet mee dat de voorzieningenrechter een voorlopig oordeel moet geven over de gegrondheid van de vordering, maar slechts dat hij aan hand van summier onderzoek de deugdelijkheid van de vordering moet kunnen aannemen. De voorzieningenrechter is met haar beslissing derhalve summier onderzoek te boven gegaan en heeft met haar inhoudelijke oordeel een onjuiste maatstaf toegepast. Het Hof vernietigt derhalve de bestreden beschikking en verleent alsnog verlof voor het leggen van conservatoir beslag.

Heeft u een vraag over het leggen dan wel opheffen van (conservatoir) beslag? Neem dan contact op met Teun van der Weijden en zie ook zijn reeks aan kennisartikelen over de gronden van opheffing van conservatoir beslag.

Gerelateerd

Geen strengere maatstaf voor inbezitneming publieke grond

In de rechtspraak wordt zo nu en dan geoordeeld dat voor publieke gronden een strengere maatstaf voor inbezitneming zou moeten gelden dan voor niet publieke...

Verkoper aansprakelijk door mededelingen over bodemverontreiniging?

Indien de koper van onroerend goed na aankoop ontdekt dat er bodemverontreiniging aanwezig is, zal hij vaak proberen zijn schade te verhalen op de verkoper....

Voornemen tot prejudiciële vragen: het spanningsveld tussen eigendom van de woning vs. belangen van het kind bij ontruiming

Dinsdag 8 oktober jl. heeft de rechtbank Noord-Holland een opmerkelijk tussenvonnis gewezen in een ontruimingskort geding. Voor wat betreft de situatie dat er...
Rechterhamer bouwhelm

Geen waarschuwing door de aannemer, toch prijsverhoging bij meerwerk

Indien een opdrachtgever veranderingen of toevoegingen in het met een aannemer overeengekomen werk wenst, moet de aannemer de opdrachtgever wijzen op de...

Verhuurders opgelet! De Wet betaalbare huur is in werking getreden

In een eerder artikel informeerden we u over de hoofdlijnen van de Wet betaalbare huur die vanaf 1 juli 2024 in werking is getreden. Deze wet heeft als doel de...

Advies aan de Hoge Raad dat huurprijswijzigingsbeding niet oneerlijk is

Er gloort licht voor verhuurders! Enige tijd geleden heeft de rechtbank Amsterdam prejudiciële vragen gesteld aan de Hoge Raad over de indexatiebedingen in...
No posts found