Werken van toegepaste kunst uit VS ook door EU auteursrecht beschermd!

24 oktober 2024, laatst geüpdatet 25 oktober 2024

Ontwerpen die in de VS zijn gemaakt, worden hier in de EU auteursrechtelijk beschermd op grond van de Europese geharmoniseerde regels van het auteursrecht. 

In dit artikel

Ontwerpen die in de VS zijn gemaakt, worden hier in de EU auteursrechtelijk beschermd op grond van de Europese geharmoniseerde regels van het auteursrecht. 

Bescherming van ontwerpen van toegepaste kunst 

Deze zaak gaat over het ontwerp van stoelen; de Dining Sidechair Wood, gemaakt voor een meubelontwerpwedstrijd in de VS (voor het MoMa in New York). Vitra stelt als rechthebbende op die stoel een inbreuk procedure in tegen Kwantum, die onder de naam „Paris-stoel” een stoel op de markt gebracht die volgens Vitra inbreuk maakt op haar auteursrechten op de Dining Sidechair Wood.  

De Nederlandse Hoge Raad stelde eerder dit jaar vragen aan het Europese Hof, of bescherming kan worden verleend aan een werk van toegepaste kunst afkomstig uit een derde land en waarvan de auteur geen onderdaan is van een lidstaat, op basis van de zogenoemde materiële reciprociteitsregels. Die regels houden kort gezegd in dat werken van toegepaste kunst afkomstig uit landen waar die werken uitsluitend als tekening of model worden beschermd, in de andere landen alleen aanspraak kunnen maken op die bescherming en dus niet ook nog eens op auteursrechtelijke bescherming.  

Bescherming door auteursrecht 

Onder Richtlijn 2001/29 (‘Auteursrechtrichtlijn’) worden in de EU werken beschermd tegen onder meer de reproductie daarvan, en het voor het publiek ter beschikking stellen van zulke reproducties.  

Reproducties worden als volgt gedefinieerd, namelijk dat auteurs onder het auteursrecht met betrekking tot hun werken het uitsluitende recht hebben om de directe of indirecte, tijdelijke of duurzame, volledige of gedeeltelijke reproductie van dit materiaal, met welke middelen en in welke vorm ook, toe te staan of te verbieden. Auteurs hebben daarnaast het uitsluitende recht, elke vorm van distributie onder het publiek van het origineel van hun werken of kopieën daarvan, door verkoop of anderszins, toe te staan of te verbieden. 

Werking van de Auteursrechtrichtlijn 

Het Hof oordeelt vandaag in een belangrijk arrest over auteursrecht dat een situatie waarin een onderneming auteursrechtelijke bescherming claimt voor een in een lidstaat op de markt gebracht voorwerp van toegepaste kunst, binnen de materiële werkingssfeer van het Unierecht valt, op voorwaarde dat dat voorwerp kan worden beschouwd als een „werk” in de zin van de Auteursrechtrichtlijn. 

Eerder heeft het Hof al geoordeeld dat een voorwerp als „werk” in de zin van de Auteursrechtrichtlijn kan worden aangemerkt indien aan twee cumulatieve voorwaarden is voldaan: 1) het betrokken voorwerp dient oorspronkelijk te zijn, in die zin dat het een eigen intellectuele schepping van de maker ervan is, en 2) alleen de bestanddelen die de uitdrukking van een dergelijke intellectuele schepping zijn, als een „werk” aan te merken. 

Auteursrechtelijke bescherming 

Het Hof oordeelt dat de EU wetgever bij de vaststelling van de Auteursrechtrichtlijn noodzakelijkerwijs is uitgegaan van alle werken waarvoor bescherming wordt gevraagd op het grondgebied van de Unie. De auteursrechtrichtlijn bevat volgens het Hof ook geen criteria aangaande het land van oorsprong van die werken of de nationaliteit van de auteur:  

‘Dienaangaande moet worden vastgesteld dat in die bepalingen niet uitdrukkelijk wordt aangegeven of het daarin bedoelde begrip „werk” ook betrekking heeft op een werk van toegepaste kunst dat afkomstig is uit een derde land, noch of het begrip „auteur” in de zin van die bepalingen zich uitstrekt tot de auteur van een dergelijk werk die onderdaan is van een derde land (…) Wanneer een voorwerp kan worden aangemerkt als een „werk” in de zin van richtlijn 2001/29, [moet] het in die hoedanigheid auteursrechtelijke bescherming genieten overeenkomstig die richtlijn, waaraan moet worden toegevoegd dat de richtlijn geen voorwaarden stelt wat het land van oorsprong van het betrokken werk of de nationaliteit van de auteur betreft.’ 

Als voornoemde reciprociteitstoets wel zou worden toegepast, dan zouden werken van toegepaste kunst uit derde landen mogelijkerwijs verschillend kunnen worden behandeld:

Het toepassen door een lidstaat van die materiële-reciprociteitstoets zou niet alleen in strijd zijn met de bewoordingen van die bepalingen, zoals de advocaat-generaal in punt 53 van zijn conclusie heeft benadrukt, maar zou ook de doelstelling van die richtlijn, namelijk de harmonisatie van het auteursrecht in de interne markt, ondermijnen. Wordt die toets toegepast, dan zouden werken van toegepaste kunst uit derde landen immers in verschillende lidstaten mogelijkerwijs verschillend worden behandeld op grond van verdragsrechtelijke bepalingen die bilateraal van toepassing zijn tussen een lidstaat en een derde land.’ 

Het is volgens het Hof alleen aan de EU-wetgever om te bepalen of de toekenning van auteursrechten kan worden beperkt in de Unie. Sterker nog, EU-lidstaten zijn niet meer bevoegd om de materiële reciprociteitsbepalingen toe te passen.  

Conclusie 

EU lidstaten mogen dus niet, in afwijking van de bepalingen van Unierecht, de voornoemde materiële-reciprociteitstoets toepassen op werken die als land van oorsprong de Verenigde Staten van Amerika hebben.  

Dit betekent dat werken die afkomstig zijn uit de VS ook gewoon hier in de EU beschermd kunnen worden, zonder dat hoeft te worden bepaald of deze in de VS uitsluitend als tekening of model worden beschermd. Dit geeft ruim baan aan bescherming van werken (van toegepaste kunst) afkomstig uit de VS in de EU. 

Gerelateerd

Gerechtshof gebouw

Aanvangsmoment korte verjaringstermijn: Hoge Raad bevestigt subjectieve toets

De Hoge Raad heeft op 12 januari 2024 twee belangwekkende arresten gewezen over het aanvangsmoment van de korte verjaringstermijn van artikel 3:310 lid 1 BW....

Bewijsbeslag en zoekwoorden: welke woorden zijn relevant?

Het kiezen van de juiste zoekwoorden voor een bewijsbeslag kan soms een puzzel zijn: als beslaglegger wil je graag verlof krijgen om beslag te leggen, maar het...

Twee arresten over de eisen aan een verzoek om een voorlopig getuigenverhoor (2)

De Hoge Raad heeft op 15 juli jl. twee hoven teruggefloten naar aanleiding van de afwijzing van een verzoek om een voorlopig getuigenverhoor. De twee hoven (te...

Twee arresten over de eisen aan een verzoek om een voorlopig getuigenverhoor (1)

De Hoge Raad heeft op 15 juli jl. twee hoven teruggefloten naar aanleiding van de afwijzing van een verzoek om een voorlopig getuigenverhoor. De twee hoven (te...

Let op: het overlijden van een partij betekent (meestal) niet het einde van de procedure

Bij het overlijden van een partij tijdens een procedure is het zaak, zowel voor advocaten als voor erfgenamen, om zich rekenschap te geven van de gevolgen van...

Dagvaarding niet tijdig aangebracht? Slechts één kans op herstel!

Twee hoven (Den Bosch en Arnhem-Leeuwarden) werden recentelijk geconfronteerd met eenzelfde vraagstuk: als de dagvaarding niet tijdig is aangebracht, en...
No posts found