Niets geregeld
Als u gaat samenwonen, is uw relatie niet officieel vastgelegd. Er gelden geen (wettelijke) rechten en plichten naar elkaar. Wat van u is, blijft van u. Maar hoe gaat het als u samen spullen koopt? En wie krijgt die spullen als u toch uit elkaar gaat of wanneer één van u beiden overlijdt? Samenwonen heeft ook gevolgen voor uw belastingaangifte. Zonder notariële samenlevingsovereenkomst bent u niet voor alle belastingen fiscale partners, waardoor u bijvoorbeeld meer erfbelasting betaalt. En wilt u dat uw partner recht op partnerpensioen krijgt? Dan vraagt uw pensioenfonds ook om een officieel bewijs van uw relatie.
Samenlevingsovereenkomst
Een samenlevingsovereenkomst is meer dan een officiële bevestiging van uw relatie. U kunt hierin vastleggen welke spullen (inboedelgoederen) van u samen zijn en welke van u alleen. Als u ooit uit elkaar gaat, zijn er dan geen misverstanden over van wie deze zijn. Naast afspraken over spullen kunt u ook afspraken maken over de financiën. U kunt bijvoorbeeld vastleggen dat de kosten van de huishouding, zoals boodschappen, gas, water, licht, gebruikelijke verzekeringen, worden betaald naar rato van uw inkomen. Daarnaast kunt u in een samenlevingsovereenkomst aangeven wat er moet gebeuren met uw huis of pensioen als u uit elkaar gaat.
Samen verder in een koopwoning
Als u samen een huis koopt en allebei eigenaar bent van het huis, bent u meestal ook beiden aansprakelijk voor de hypotheekschuld. Indien één van beiden (meer) eigen middelen (privé-geld) gebruikt voor de aankoop van de gezamenlijke woning kunt u dit in een samenlevingsovereenkomst vastleggen. Als u dan ooit uit elkaar gaat, is er dan geen misverstand over de (meer)inbreng van het eigen geld.
In een samenlevingsovereenkomst kan ook worden vastgelegd dat wanneer één van u beiden een grotere investering dan de ander doet in de gezamenlijke woning, degene die meer heeft betaald een vordering op de ander krijgt. Indien hiervan sprake is, verdient het overigens wel grote aanbeveling om het bedrag van de investering schriftelijk met elkaar vast te leggen.
Indien u gaat samenwonen in een woning die eigendom van één van u beiden is, dan kunt u overeenkomen dat de ander een vergoeding betaalt voor het woongenot. U kunt ook overeenkomen dat indien uw partner (vanaf een bepaald moment) meebetaalt aan de maandelijkse (hypothecaire) aflossing, uw partner (vanaf dat moment) ook meeprofiteert van de waardestijging van de woning.
Einde samenlevingsovereenkomst
Een samenlevingsovereenkomst eindigt bij het einde van uw relatie, in onderling overleg of door opzegging van één van u beiden. Opzegging kan geschieden door het verzenden van een aangetekende brief aan uw (ex-)partner. Voorts eindigt een samenlevingsovereenkomst als u met elkaar trouwt of een geregistreerd partnerschap aangaat. In dat geval is het raadzaam om vooraf (huwelijks)voorwaarden op te laten stellen. Ten slotte eindigt de overeenkomst als een van u beiden komt te overlijden.
Gevolgen van beëindiging in onderling overleg, opzegging of huwelijk
Bij het einde van uw relatie in onderling overleg of door opzegging, alsmede wanneer u trouwt, komen uw privégoederen aan uzelf toe. Daarnaast worden alle gemeenschappelijke goederen bij helfte verdeeld. Dit gebeurt in onderling overleg.
Als u een gemeenschappelijke woning heeft, zult u afspraken maken over verkoop of toedeling van de woning en de hypotheekschuld aan één van u beiden. Voor de toedeling van de woning dient u bij een notaris een notariële akte van verdeling van de woning op te laten stellen. Ook zult u in gesprek met de bank (of andere hypothecaire schuldeiser) moeten gaan, als u in verband met de woning een geldlening bent aangegaan. Wordt bij de toedeling van de woning en de hypotheekschuld één van u beiden overbedeeld, dan dient dit verschil aan de ander te worden betaald.
Gevolgen van beëindiging bij overlijden: het verblijvingsbeding
Als u overlijdt, is uw partner waarmee u samenwoont niet automatisch uw erfgenaam. Dat is uw naaste familie. Zonder notariële regeling (een verblijvingsbeding in uw samenlevingsovereenkomst en/of testament) gaat uw vermogen naar uw naaste familie.
Om uw partner waarmee u samenwoont verzorgt achter te laten, kunt u in uw notariële samenlevingsovereenkomst een verblijvingsbeding opnemen. Met een verblijvingsbeding legt u vast ingeval van uw overlijden alle bezittingen waarvan u en uw partner samen eigenaar bent in volle eigendom terecht komen bij uw partner. Het verblijvingsbeding geldt dus alleen maar voor de bezittingen waar u samen eigenaar van bent, bijvoorbeeld de woning die u samen heeft gekocht, de inboedelgoederen en/of de auto. Op grond van het verblijvingsbeding komen deze gemeenschappelijke spullen bij overlijden toe aan de langstlevende partner. Als u iets wenst te regelen voor uw privébezittingen, dan moet u een testament maken of in de samenlevingsovereenkomst een bepaling worden opgenomen dat de langstlevende het recht heeft om deze privé spullen over te nemen (te kopen van uw erfgenamen).
Bij het verblijvingsbeding kunt u overigens zelf de voorwaarden bepalen. Het ligt bijvoorbeeld voor de hand om af te spreken dat de langstlevende partner de schulden die bij de gezamenlijke bezittingen horen, zoals de hypotheekschuld, voor zijn rekening moet nemen. Voorts kan worden afgesproken dat de langstlevende partner de waarde van uw aandeel in de gezamenlijke bezittingen moet vergoeden (betalen) aan uw erfgenamen. De langstlevende partner krijgt dan de mogelijkheid om uw aandeel te ‘kopen’, waarbij uw erfgenamen dit kooprecht moeten accepteren. Dit laatste wordt vaak afgesproken als er sprake is van kinderen en de wens bestaat dat de kinderen moeten meedelen in de (over)waarde van de gezamenlijke bezittingen.
Reikwijdte verblijvingsbeding in samenlevingsovereenkomst
Een verblijvingsbeding in een samenlevingsovereenkomst ziet dus niet op uw privé-goederen. Met het verblijvingsbeding kan alleen worden vastgelegd dat bij uw overlijden de gezamenlijke goederen aan uw partner toekomen. De privé-goederen worden op grond van het wettelijk erfrecht geërfd door uw familie. Is het uw wens dat ook uw privé-goederen bij uw partner terecht komen, dan dient u ook nog een testament te maken.
Erfbelasting
Voor de erfbelasting geldt dat samenwoners gelijkgesteld worden met een gehuwd of geregistreerd paar wanneer samenwoners gedurende zes (6) maanden of langer vóór het overlijden een notariële samenlevingsovereenkomst hebben én volgens de inschrijvingsgegevens van de gemeente op hetzelfde adres staan ingeschreven. De langstlevende partner heeft in dat geval een vrijstelling voor de erfbelasting van € 661.328,- (kalenderjaar 2020) en voor het meerdere wordt er tegen het meest gunstige tarief belast (10-20% in plaats van 30-40%).
Is er geen notarieel vastgelegde samenlevingsovereenkomst dan worden samenwoners pas gelijkgesteld met een gehuwd of geregistreerd paar wanneer men gedurende vijf (5) jaar of langer vóór het overlijden volgens de inschrijvingsgegevens van de gemeente op hetzelfde adres staan ingeschreven.