Professionele verkoper niet gebonden aan mondelinge koop

10 april 2013, laatst geüpdatet 11 september 2024
Het Hof Arnhem heeft een nuancering aangebracht op een arrest van de Hoge Raad over het schriftelijkheidsvereiste bij een koopovereenkomst (artikel 7:2 van het Burgerlijk Wetboek).
Robert Rijpstra 
Robert Rijpstra 
Advocaat - Partner
In dit artikel

Het Hof Arnhem heeft een nuancering aangebracht op een arrest van de Hoge Raad over het schriftelijkheidsvereiste bij een koopovereenkomst (artikel 7:2 van het Burgerlijk Wetboek). Onder omstandigheden is ook de professionele verkoper van een onroerende zaak niet gebonden aan een mondelinge koopovereenkomst.

Schriftelijkheidsvereiste
Artikel 7:2 BW bepaalt dat de koop van een onroerende zaak schriftelijk moet worden aangegaan indien de koper een particulier is. Een koopovereenkomst die alleen mondeling is gesloten is niet bindend. Een particuliere koper kan dan ook niet worden gedwongen om zijn handtekening onder een schriftelijke koopovereenkomst te zetten. De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 9 december 2011 de bescherming van artikel 7:2 BW uitgebreid. Niet alleen een particuliere koper, maar ook een particuliere verkoper kan zich beroepen op het schriftelijkheidsvereiste van artikel 7:2 BW. Een professionele verkoper daarentegen kan hier geen beroep op doen, hij is wel gebonden aan een mondelinge overeenstemming. Deze regel heeft het hof genuanceerd.

Gebondenheid
Volgens het hof is onder omstandigheden ook een professionele verkoper niet gebonden aan een mondelinge overeenstemming. Het gaat hierbij om de situatie dat de verkoper de mondeling door partijen bereikte overeenstemming in een geschrift heeft vastgelegd en dat geschrift aan de koper ter ondertekening heeft voorgelegd. Weigert de koper vervolgens om binnen een redelijke termijn een ondertekend afschrift van dat geschrift aan de verkoper te doen toekomen, dan kan de koper zich niet op een later moment beroepen op de mondelinge overeenstemming.

Het hof overweegt hierbij dat een andere opvatting zou leiden tot de onevenwichtigheid dat enerzijds de verkoper gedurende langere tijd aan de mondeling bereikte overeenstemming gebonden is, terwijl anderzijds de koper gebondenheid kan blijven uitstellen en zich daardoor langdurig de keuze kan voorbehouden of hij zich al dan niet aan de mondeling bereikte overeenstemming wenst te houden.

Gerelateerd

Verhuurders opgelet! De Wet betaalbare huur is in werking getreden

In een eerder artikel informeerden we u over de hoofdlijnen van de Wet betaalbare huur die vanaf 1 juli 2024 in werking is getreden. Deze wet heeft als doel de...

Advies aan de Hoge Raad dat huurprijswijzigingsbeding niet oneerlijk is

Er gloort licht voor verhuurders! Enige tijd geleden heeft de rechtbank Amsterdam prejudiciële vragen gesteld aan de Hoge Raad over de indexatiebedingen in...

Tijdelijke huurovereenkomsten afgeschaft behalve voor deze groepen

Per 1 juli 2024 is de Wet vaste huurcontracten en het daarbij behorende Besluit specifieke groepen tijdelijke huurovereenkomsten in werking getreden. Daarmee...

Wet betaalbare huur aangenomen en van kracht vanaf 1 juli 2024!

Op 25 juni 2024 heeft ook de Eerste Kamer ingestemd met de Wet betaalbare huur. Daarmee is de inwerkingtreding van de wet op 1 juli 2024 een feit. De gevolgen...

Regeling tegemoetkoming herplaatsing flexwoningen 2024–2029

Flexwoningen bieden een snelle oplossing voor het woningtekort in Nederland. Het tijdelijke karakter maakt investeerders echter huiverig vanwege onzekerheid...

Prejudiciële vragen aan de Hoge Raad over oneerlijk (proces)kostenbeding

Eerder schreven we u al over de mogelijke gevolgen van de uitspraken waarin werd geoordeeld dat de overeengekomen huurverhogingsbedingen bij woonruimte...
No posts found