De merkhouder van HEKSENKAAS heeft met succes oppositie gevoerd tegen WITTE WIEVENKAAS. In hoger beroep beslist het Hof Den Haag dat de beide productnamen teveel op elkaar lijken.
Het Hof is, anders dan het BBIE, van oordeel dat het bestanddeel WITTE WIEVEN en het bestanddeel HEKSEN het meest onderscheidend en dominerend zijn. Dit omdat ze vooraan de merken staan en het bestanddeel KAAS kort gezegd beschrijvend is voor de onderhavige waren (melk- en melkproducten, kaas en kaassauzen).
Er is begripsmatige overeenstemming tussen 'heksen' en 'witte wieven', aldus het Hof:
Beide zijn dus bovennatuurlijke magische vrouwelijke verschijningen met een negatieve connotatie, hetgeen volgens het Hof een zodanig bijzondere categorie wezens/ verschijnselen is dat ook dan sprake is van begripsmatige overeenstemming.
Ondanks het feit dat KAAS beschrijvend is, mag dit wel meetellen in de beoordeling van deze zaak:
Geoordeeld wordt dat de relevante waren die vergeleken moeten worden identiek zijn, of (soort)gelijk.
Gelet dus op de overeenstemming van de (merk)tekens en de identieke althans soortgelijke waren, wordt verwarringsgevaar aangenomen. Daarbij wordt ook de uniciteit van het merk meegewogen, in die zin dat er geen andere producten bestonden waarbij als merk een combinatie wordt gebruikt van een beschrijvende aanduiding en een fictief wezen
Deze uitspraak laat zien dat het oppassen geblazen is in de foodsector met productnamen die op het eerste oog visueel en auditief weliswaar verschillen, maar begripsmatig teveel lijken.
Joost Becker, advocaat merkenrecht
Overeenstemming
Het Hof is, anders dan het BBIE, van oordeel dat het bestanddeel WITTE WIEVEN en het bestanddeel HEKSEN het meest onderscheidend en dominerend zijn. Dit omdat ze vooraan de merken staan en het bestanddeel KAAS kort gezegd beschrijvend is voor de onderhavige waren (melk- en melkproducten, kaas en kaassauzen).
Er is begripsmatige overeenstemming tussen 'heksen' en 'witte wieven', aldus het Hof:
"dat het begrip/woord 'heksen' in de Benelux in het algemeen aldus wordt begrepen dat daarmee worden aangeduid vrouwelijke magische wezens die toverkracht bezitten, die zij hoofdzakelijk aanwenden voor kwaadaardige doeleinden, die angst inboezemen en veelal geïsoleerd leven" en dat "ook witte wieven door een deel van het publiek worden gezien als veelal geïsloeerd levende vrouwelijke magische wezen met veelal kwaadaardige bedoelingen, die angst in boezemen en daarmee als een soort heksen".
Beide zijn dus bovennatuurlijke magische vrouwelijke verschijningen met een negatieve connotatie, hetgeen volgens het Hof een zodanig bijzondere categorie wezens/ verschijnselen is dat ook dan sprake is van begripsmatige overeenstemming.
Ondanks het feit dat KAAS beschrijvend is, mag dit wel meetellen in de beoordeling van deze zaak:
"Het hof is van oordeel dat er, gelet op het in merk en het teken voorkomende element KAAS en de daarvoor voorkomende letters EN (doordat de daarvoor geplaatste woorden meervoudsvormen zijn), die beide met een stomme e-klank worden uitgesproken"
Zelfde waren
Geoordeeld wordt dat de relevante waren die vergeleken moeten worden identiek zijn, of (soort)gelijk.
Gelet dus op de overeenstemming van de (merk)tekens en de identieke althans soortgelijke waren, wordt verwarringsgevaar aangenomen. Daarbij wordt ook de uniciteit van het merk meegewogen, in die zin dat er geen andere producten bestonden waarbij als merk een combinatie wordt gebruikt van een beschrijvende aanduiding en een fictief wezen
Oppassen met productnamen
Deze uitspraak laat zien dat het oppassen geblazen is in de foodsector met productnamen die op het eerste oog visueel en auditief weliswaar verschillen, maar begripsmatig teveel lijken.
Joost Becker, advocaat merkenrecht
Gerelateerd
Intellectueel Eigendom