De zaak
In 2017 startte een tennis- en padelvereniging een aanbesteding voor twee padelbanen. Padel Benelux B.V. (hierna: “Padel”) werd als winnaar geselecteerd voor de aanleg van deze banen.
Padel moest de banen aanleggen op veengrond en koos daarom voor “Supersub” als ondergrondse constructie, zoals beschreven in hun inschrijving.
Op 14 september 2019 werden de banen opgeleverd, maar in een e-mail van 12 oktober 2020 meldde de vereniging dat er water op de banen bleef staan en dat de Supersub lokaal verzakte. Deze verzakking bleek te worden veroorzaakt door de ondergrond, die niet door Padel was aangebracht maar door een andere partij.
De waarschuwingsplicht
De rechter oordeelde dat Padel duidelijker had moeten waarschuwen. Padel verklaarde namelijk dat ze altijd met een constructeur werkt om op basis van een grondrapport een plan te maken. Nu er al een ondergrond lag, had Padel moeten waarschuwen dat de grond mogelijk niet geschikt was om zonder verdere maatregelen een padelbaan aan te leggen. Dit was vooraf voor de tennis- en padelvereniging niet duidelijk.
Ook volgt uit de eigen voorwaarden van Padel dat zij explicieter had moeten waarschuwen. In de geaccepteerde offerte stond dat het grondwerk weliswaar in eigen beheer, maar in overleg met Padel gedaan zou worden. Daarnaast stond in de toelichting op de offerte bij ‘Uitgangspunten fundering’ dat als de opdrachtgever ervoor kiest de fundering in eigen beheer aan te besteden, overleg met Padel zal plaatsvinden om de exacte constructie af te stemmen. Dit overleg heeft echter nooit plaatsgevonden, en het is nooit onderzocht of er daadwerkelijk een constructieberekening is gemaakt.
Exoneratiebeding en aansprakelijkheid
In de algemene voorwaarden van Padel was een exoneratiebeding opgenomen dat schade als gevolg van verzakkingen als gevolg van zettingen uitsluit. De rechter oordeelde echter dat uit dit beding niet duidelijk volgde dat Padel ook de aansprakelijkheid op grond van schending van de waarschuwingsplicht conform 7:754 BW wilde uitsluiten. Hierdoor is Padel alsnog aansprakelijk gesteld voor de schade van de tennis- en padelvereniging.
Conclusie
Dit vonnis benadrukt de waarschuwingsplicht van deskundige partijen in de bouwsector en de consequenties van het niet voldoen aan deze verplichting. Voor bouwers, opdrachtgevers en grote aannemers die te maken hebben met juridische vraagstukken in de bouw, is het essentieel om te begrijpen hoever hun aansprakelijkheid reikt en of zij moeten waarschuwen.
Wilt u meer weten over bouw- en aanbestedingsrecht? Neem dan contact op met Liz Bras voor deskundig advies.