Wat was er aan de hand?
Partijen (XO Investment en Media Artists) zijn een samenwerkingsovereenkomst aangegaan voor het ontwerp en de bouw van een tweetal websites en een app. Voor de werkzaamheden was een vaste prijs overeengekomen die oorspronkelijk in drie termijnen zou worden betaald: 40% als aanbetaling, 30% na design en 30% bij oplevering. Nadat de eerste termijn was betaald, zijn partijen overeengekomen dat het resterende bedrag in 6 (maandelijkse) termijnen zou worden betaald. Die termijnen werden gekoppeld aan bepaalde sprints.
In de zomer van 2018 had nog geen volledige oplevering van de websites en de app plaatsgevonden. Daarom wordt Media Artists gesommeerd om haar verplichtingen alsnog na te komen. Dit gebeurt kennelijk niet (voldoende) waardoor XO de overeenkomst in november 2018 ontbindt.
De vraag die in deze procedure centraal staat is of die ontbinding rechtsgeldig is geweest. XO vordert de door haar betaalde facturen terug en schadevergoeding en Media Artists vordert betaling van de nog niet betaalde facturen en licenties.
Wel of geen fatale sprint-termijnen overeengekomen?
Het centrale verwijt van XO is dat Media Artists de door haar ontwikkelde websites en app niet tijdig heeft opgeleverd. Media Artists verweert zich vervolgens door een beroep te doen op haar algemene voorwaarden waarin staat dat een enkele termijnoverschrijding niet leidt tot verzuim (zoals in bijna alle leveranciersvoorwaarden staat). XO stelt echter dat partijen nadere afwijkende afspraken hebben gemaakt door de koppeling van bedragen aan verschillende sprints waardoor er wel harde (lees: fatale) opleverdata overeen zijn gekomen.
Het hof oordeelt vervolgens dat uit de door partijen gevoerde e-mailwisseling niet anders kan worden geconcludeerd dan dat partijen nieuwe betalingsafspraken hebben gemaakt waarbij de betaling van de restant projectsom in 6 termijnen van 6000 euro zou plaatsvinden en de deelbetalingen uitdrukkelijk zijn gekoppeld aan de oplevering van met name genoemde onderdelen (sprints) van de opdracht. Door deze afspraak zijn volgens het hof wel degelijk fatale termijnen overeengekomen. Nu de betreffende termijnen niet zijn gehaald, was XO gerechtigd om de overeenkomst te ontbinden.
Commentaar
Deze uitspraak is naar mijn oordeel om twee redenen opmerkelijk.
Ten eerste wordt doorgaans niet snel aangenomen dat sprake is van fatale termijnen. In veel gevallen wordt door rechtbanken aangenomen dat partijen het fatale karakter nadrukkelijk moeten overeenkomen, ofwel moet er sprake zijn van een termijn die naar zijn aard kwalificeert als een fatale termijn (denk aan het bekende voorbeeld van de bruidstaart die uiterlijk voor het huwelijksfeest moet worden geleverd en natuurlijk niet daarna). Hier neemt het hof het fatale karakter van de sprinttermijnen aan uit een e-mailwisseling. Daarin staat eigenlijk niets meer dan dat XO wenst te werken met “een strakke en duidelijke planning”:
Door duidelijkheid te scheppen en het project goed te begeleiden, kunnen we te allen tijde goed meten waar en aan wie het ligt als deadlines niet gehaald worden. Graag willen wij voorstellen om naar rato de sprints ook de betalingen te voldoen. Dit geeft ons enigszins wat houvast en zekerheid voor dit grote project in een relatief korte termijn. Wij zullen dan per overeengekomen en afgeronde activiteiten/sprints een x % aan jullie overmaken. Dit kan geheel samengaan met de detailplanning. We zijn van mening dat dit beide partijen op een correcte manier scherp houdt met een juiste focus op de ingeplande en overeengekomen opleveringen.
Media Artists reageert hierop als volgt:
Ik heb je voorstel aangaande betalingen met [naam1] afgestemd. In de overeenkomst is afgesproken: 40% aanbetaling, 30% na design en 30% bij oplevering. We zouden ons graag zoveel mogelijk willen houden aan hetgeen we afgesproken hadden, temeer ook omdat wij tegen kostprijs werken. Maar uiteraard zijn we bereid mee te denken hierin. De 40% aanbetaling is reeds door ons verwerkt en dient binnenkort voldaan te worden. De overige 60% van het totaal spreiden we dan over juni-november (6 maanden * 10%) en koppelen we aan de sprints.
Deze correspondentie lijkt vooral gericht te zijn op het in balans houden van de betalingen ten opzichte van de geleverde prestaties. Ik leid hier niet direct uit af dat men fatale termijnen overeen wilde komen.
Ten tweede is deze uitspraak opmerkelijk omdat het koppelen van fatale termijnen aan individuele sprints indruist tegen de essentie van Agile/Scrum. Die projectmethodiek is juist bedoeld om in overzichtelijke stapjes op de plaats van bestemming te komen. Het einddoel staat daarin centraal (hier: de websites en de app). Hoe die weg precies verloopt wordt flexibel gehouden zodat onderweg ontstane hickups of issues onderling opgelost kunnen worden. Het fixeren van die tussenstapjes, zoals hier gebeurde, past hier niet goed bij.
Dat wil niet zeggen dat fatale termijnen of andere harde afspraken niet passen bij Agile/Scrum, zoals ik vaak terug hoor in de praktijk. Een Agile-project dient net als elk ander project beheersbaar te blijven in termen van budget, oplevermoment en inhoud (ontwikkeling van functionaliteiten of implementatie van software). Daar passen strakke afspraken prima bij en dat kunnen ook best fatale levermomenten zijn. Denk daarbij aan bepaalde milestones die gehaald moeten worden of een fatale einddatum van bereiken van het eindstation.
Heeft u vragen over projectbeheersing van Agile-projecten, neem dan gerust contact met mij op.
Ernst-Jan van de Pas, IT-advocaat