De laatste tijd gaan veel aanbestedingskort gedingen over de vraag of er strategisch (= geldig) of manipulatief (= ongeldig) is ingeschreven. Recent oordeelde de Haagse rechter dat in strijd met de aanbestedingsvoorwaarden (en dus ongeldig) was ingeschreven door prijzen in een niet daartoe bestemde kostenpost onder te brengen (rb. ‘s- Gravenhage 3 maart 2011, LJN:BP9888).
Het betrof een aanbesteding van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (thans Ministerie van Infrastructuur en Milieu) voor het onderhoud van waterdistricten. Een combinatie had voor de afhandeling van incidenten en calamiteiten een tarief aangeboden van € 1,-. Een deel van de betrokken kosten had de combinatie vervolgens in de post voor het meerjarig vast onderhoud opgenomen. De Staat heeft de inschrijving ongeldig verklaard omdat in strijd met de navolgende voorwaarde in het aanbestedingsdocument zou zijn ingeschreven:
“ Prijzen per eenheid dienen te worden opgegeven voor elk van de in de staat genoemde werkzaamheden, leveringen, diensten e.d. In de prijzen per eenheid worden geacht te zijn begrepen alle directe en indirecte kosten, inclusief algemene kosten, winst en risico.”
De voorzieningenrechter oordeelt dat deze passage inderdaad verbiedt om kosten voor de in de staat genoemde werkzaamheden in een andere kostenpost op te nemen. Dit geldt temeer, nu de wijze van inschrijven door de combinatie met zich zou brengen dat het Ministerie hoe dan ook een vast bedrag zou moeten betalen voor calamiteiten, ongeacht of deze zich voordoen. Dit was volgens de rechter uitdrukkelijk niet de bedoeling van het Ministerie bij de aanbesteding.
Het betrof een aanbesteding van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (thans Ministerie van Infrastructuur en Milieu) voor het onderhoud van waterdistricten. Een combinatie had voor de afhandeling van incidenten en calamiteiten een tarief aangeboden van € 1,-. Een deel van de betrokken kosten had de combinatie vervolgens in de post voor het meerjarig vast onderhoud opgenomen. De Staat heeft de inschrijving ongeldig verklaard omdat in strijd met de navolgende voorwaarde in het aanbestedingsdocument zou zijn ingeschreven:
“ Prijzen per eenheid dienen te worden opgegeven voor elk van de in de staat genoemde werkzaamheden, leveringen, diensten e.d. In de prijzen per eenheid worden geacht te zijn begrepen alle directe en indirecte kosten, inclusief algemene kosten, winst en risico.”
De voorzieningenrechter oordeelt dat deze passage inderdaad verbiedt om kosten voor de in de staat genoemde werkzaamheden in een andere kostenpost op te nemen. Dit geldt temeer, nu de wijze van inschrijven door de combinatie met zich zou brengen dat het Ministerie hoe dan ook een vast bedrag zou moeten betalen voor calamiteiten, ongeacht of deze zich voordoen. Dit was volgens de rechter uitdrukkelijk niet de bedoeling van het Ministerie bij de aanbesteding.
Gerelateerd
Aanbesteding