In voormelde zaak bij de Voorzieningenrechter van rechtbank Noord-Nederland was in geschil of de aanbestedende dienst na opzegging van een aanbestede overeenkomst over mocht gaan tot heraanbesteding zonder de opdracht wezenlijk te wijzigen. De Voorzieningenrechter oordeelde dat een geval waarbij gebruik wordt gemaakt van een bevoegdheid tot opzegging – zoals in deze zaak – afwijkt van het geval, waarin een aanbestedende dienst nog tijdens de aanbestedingsprocedure besluit om die procedure af te breken en de opdracht opnieuw aan te besteden. In dat laatste geval mag een aanbestedende dienst volgens vaste rechtspraak alleen tot heraanbesteden overgaan indien:
- de aan te besteden opdracht bij heraanbesteden wezenlijk wordt gewijzigd;
- er procedurele gebreken aan de oorspronkelijke aanbestedingsprocedure kleven waardoor een rechtmatige gunning niet meer mogelijk is; of
- er geen dan wel slechts één geldige inschrijving is gedaan.
Mijn kantoorgenoot Tony van Wijk schreef over heraanbesteden na intrekking van een aanbestedingsprocedure een kennispagina artikel en een annotatie in de JAAN.