Achtergrond van de consultatie
Artikel 101 VWEU en artikel 6 Mw (het kartelverbod) verbieden afspraken tussen ondernemingen die de mededinging merkbaar beperken. De verbodsbepaling behandelt zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers) in de regel als ondernemingen, wat betekent dat collectieve afspraken over arbeidsvoorwaarden in beginsel niet zijn toegestaan. Bepaalde groepen zzp’ers kunnen onder (economische) druk staan en ondanks noeste arbeid beneden een maatschappelijk aanvaarde inkomensstandaard vallen. De roep zwelt aan om de mogelijkheid van collectieve onderhandelingen door zzp’ers te creëren.
Een aantal factoren draagt bij aan die toenemende economische druk. Zo is het aantal zzp’ers in de afgelopen decennia flink toegenomen, met toenemende concurrentie tot gevolg. Digitalisering en platformisering dragen bij aan deze trends. De platforms waarop de meest kwetsbare zzp’ers actief zijn, kunnen vaak eenzijdig de prijs en andere arbeidsvoorwaarden bepalen.
Ook in Nederland speelt de discussie over het kartelverbod en de mogelijkheden van zzp’ers om collectieve afspraken te maken. Medio vorig jaar is een wetsvoorstel over de invoering van een minimum uurtarief voor zzp’ers van €16 per uur gestrand. In november 2019 publiceerde de Autoriteit Consument en Markt (ACM) de Leidraad tariefafspraken zzp’ers, waarin zij uiteenzet welke uitzonderingen op het kartelverbod mogelijk uitkomst bieden. Hoewel de Leidraad van de ACM op het eerste gezicht moeilijk praktisch toepasbaar lijkt (zie mijn commentaar in het Nederlands tijdschrift voor Europees Recht), is duidelijk dat ACM – net als op het gebied van duurzaamheidsinitiatieven - een Europese voortrekkersrol inneemt.
Publieke consultatie
De Europese Commissie volgt nu het initiatief van de ACM en is vanwege haar Europese mandaat in een betere positie om effectieve maatregelen te (laten) implementeren. Zij neemt een wetgevingsinitiatief om zzp’ers meer ruimte te bieden voor het maken van collectieve afspraken en hun onderhandelingspositie te versterken. Daarnaast verkent het initiatief mogelijkheden tot een ruimere uitzondering op een uitzondering op het kartelverbod, dat zich ook uitstrekt tot overige (offline) zzp-dienstverlening.
De Commissie heeft vier beleidsopties geconsulteerd die variëren in reikwijdte:
- een uitzondering van collectieve onderhandelingen door zzp’ers die werken via digitale platforms;
- een uitbreiding van deze uitzondering uit tot ‘offline’ zzp-diensten voor professionele klanten van een bepaalde minimum-omvang;
- uitsluiting van de uitzondering (onder 2.) van vrije en gereguleerde beroepen (denk aan artsen, advocaten), omdat deze in de regel goed betaald zijn.
- een uitzondering voor zowel zzp’ers actief op platforms als offline zzp-diensten aan professionele klanten van elke omvang van de uitzondering op het kartelverbod.
De wijze waarop de Commissie de uitzondering vormgeeft ligt nog niet vast. Het voorstel bevat twee mogelijke routes: een communicatie (soft law) of een verordening (hard law). Stakeholders kunnen tot 3 februari reageren op het voorstel. Op basis van deze feedback start de Commissie in het tweede kwartaal van 2021 met een gerichtere consultatie op basis van een vragenlijst.