Jurisprudentie Gezondheidszorg maart 2025

18 april 2025, laatst geüpdatet 18 april 2025

Hier vindt u een overzicht van belangrijke juridische uitspraken op het gebied van de gezondheidszorg die in de maand maart 2025 zijn gepubliceerd. Voor iedere zaak geven we een korte samenvatting en de belangrijkste conclusies. 

Marieke van Dongen
Marieke van Dongen
Advocaat - Partner
Milou Janssen
Milou Janssen
Advocaat - Senior
Stefan Donkelaar
Stefan Donkelaar
Advocaat - Senior
Jochem van den Berg
Jochem van den Berg
Fiscalist - Associate Partner
Petra de Waal
Petra de Waal
Fiscalist - Associate Partner
Kristel Verkleij
Kristel Verkleij
Advocaat - Senior
In dit artikel

Wet langdurige zorg

Rechtbank Overijssel 14-03-2025 (datum publicatie: 24-03-2025) ECLI:NL:RBOVE:2025:1444

Eigen bijdrage Wlz is vastgesteld. CAK heeft rekening gehouden met letselschadevergoeding. Eiser stelt dat deze hoger was maar heeft oude bewijsstukken niet meer. Rechtbank vindt dit begrijpelijk, maar de wet vereist wel voldoende onderbouwing. Het argument dat de schadevergoeding gekapitaliseerd had moeten worden vindt geen steun in de wet.  

Kernpunt: regels rondom vaststelling eigen bijdrage Wlz zijn dwingendrechtelijk van aard. Kapitaliseren van de letselschadevergoeding vindt geen steun in de wet.  

Rechtbank Midden-Nederland 12-03-2025 (datum publicatie: 24-03-2025) ECLI:NL:RBMNE:2025:1141

Niet-betaalde zorgfacturen moeten worden betaald ondanks dat de zorginstelling deels tekort is geschoten in de nakoming van de overeenkomst, omdat deze niet tijdig is opgeschort of ontbonden. Voor de tekortkoming krijgen gedaagden in reconventie de mogelijkheid om aan te tonen hoe hoog hun geleden schade is.  

Kernpunt: ondanks gedeeltelijke tekortkoming wel betaling van uitstaande zorgfacturen, omdat de overeenkomst niet tijdig is opgeschort of ontbonden.

Centrale Raad van Beroep 13-03-2025 (datum publicatie: 21-03-2025) ECLI:NL:CRVB:2025:436

Geschil over of appellante in aanmerking komt voor zorg op grond van de Wlz. Ze stelt dat ze blijvend is aangewezen op 24 uur per dag zorg in de nabijheid. Medisch advies ontkent dit. Ze draagt geen (nieuwe) gronden of redenen in hoger beroep aan waarom dit niet zou kloppen.

Kernpunt: er staat (nog) niet vast dat appellante 24 uur per dag zorg nodig heeft, dus Wlz-indicatie wordt niet verleend.  

Rechtbank Gelderland 06-02-2025 (datum publicatie 14-03-2025) ECLI:NL:RBGEL:2025:981

College heeft verzoek om duofiets op grond van de Wmo rechtmatig afgewezen. Eiser heeft voldoende alternatieve vervoersmogelijkheden. Voor wat betreft recreatieve doeleinden geldt dat hier geen sprake is van recreatie die bijdraagt aan participatie in de samenleving waardoor geen compensatieplicht geldt.  

Kernpunt: er geldt voor de gemeente onder de Wmo een compensatieplicht voor recreatieve doeleinden, alleen voor zover deze bijdragen aan participatie in de samenleving.  

Rechtbank Rotterdam 05-12-2024 (datum publicatie 12-03-2025) ECLI:NL:RBROT:2024:12076

Eiser is niet verzekerd voor de Wlz omdat hij niet als inwoner van Nederland wordt beschouwd. Het feit dat hij ingeschreven staat op twee adressen is onvoldoende om uit te gaan van dubbele woonplaats nu uit omstandigheden blijkt dat hij feitelijk niet in Nederland woont. Onderzoek van de Sociale Verzekeringsbank heeft zorgvuldig plaatsgevonden.  

Kernpunt: formele inschrijving in Nederland is onvoldoende om vast te stellen dat sprake is van dubbele woonplaats, er moet wel sprake zijn van feitelijk wonen.

Rechtbank Amsterdam 31-10-2024 (datum publicatie 12-03-2025) ECLI:NL:RBAMS:2024:6628

Sociale Verzekeringsbank heeft terecht beoordeeld dat eiser een periode zijn woonplaats had in Nederland in plaats van in Ierland. Zijn centrum van belangen was die periode in Nederland. Daardoor was hij in die periode verzekerd voor de Wlz.  

Kernpunt: eiser was bepaalde periode inwoner van Nederland en daarmee voor de Wlz verzekerd, omdat hij in die periode het centrum van zijn belangen in Nederland had.  

Rechtbank Midden-Nederland 27-05-2024 (datum publicatie 06-03-2025) ECLI:NL:RBMNE:2024:7575

Beroep tegen besluit dat voor zorg voor eiser vanuit de Wlz een eigen bijdrage verschuldigd is. Schriftelijke machtigingen van de erfgenamen van eiser ontbreken, waardoor de rechtbank niet vast kan stellen dat gemachtigde namens de erfgenamen beroep kan instellen. Beroep is niet-ontvankelijk.  

Kernpunt: om een beroep als gemachtigde in te stellen dient van alle erfgenamen een schriftelijke machtiging te zijn dat gemachtigde namens erfgenamen beroep mag instellen.

Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz)

Rechtbank Rotterdam 14-03-2025 (datum publicatie: 31-03-2025) ECLI:NL:RBROT:2025:3795

Een referteverklaring kan niet worden geaccepteerd als deze is gebaseerd op een aankondiging als bedoeld in artikel 5:4 lid 2 (a) Wvggz omdat daarin in de regel geen zorgvormen worden genoemd. Pas na het verzoekschrift kan de betrokkene geïnformeerd instemmen met verzochte vormen van zorg en een referteverklaring indienen.

Kernpunt: een referteverklaring kan niet in reactie op een aankondiging uit artikel 5:4 Wvggz, pas vanaf het verzoekschrift is dit mogelijk.

Rechtbank Rotterdam 08-11-2024 (datum publicatie: 26-03-2025) ECLI:NL:RBROT:2024:13794

Advocaat is afwezig en tijdens de zitting niet bereikbaar op opgegeven telefoonnummer. Rechtbank verlengt wel de zorgmachtiging met 12 maanden omdat er vast komt te staan dat is voldaan is aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg onder de Wvggz.  

Kernpunt: er is voldaan aan de criteria voor doelen van verplichte zorg onder de Wvggz, dus de zorgmachtiging wordt met 12 maanden verlengd.  

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 19-03-2024 (datum publicatie: 26-03-2025) ECLI:NL:RBZWB:2025:1700  

Machtiging crisismaatregel wordt verlengd met drie weken. Ambulante zorg is weliswaar minder bezwarend, maar het is nog onduidelijk of dit gerealiseerd kan worden. Rechtbank vult vormen van verplichte zorg onder de crisismaatregel aan. Analoge toepassing van artikel 6:4 lid 2 Wvggz.

Kernpunt: de crisismaatregel wordt met drie weken verlengd omdat het op dit moment nog onduidelijk is of ambulante zorg haalbaar is.  

Gerechtshof Amsterdam 18-03-2025 (datum publicatie: 20-03-2025) ECLI:NL:GHAMS:2025:696

Hoger beroep tegen schadevergoedingsverzoek o.g.v. artikel 10:11 Wvggz is niet-ontvankelijk omdat volgens de wet hiertegen alleen cassatie openstaat, zie artikel 10:9 Wvggz. Dat onder de bestreden beschikking een onjuiste rechtsmiddelenclausule staat maakt dit niet anders nu geen sprake is van bijzondere omstandigheden.

Kernpunt: een onjuiste rechtsmiddelenclausule kan, behoudens bijzondere omstandigheden, er niet toe leiden dat wettelijke bepalingen over het instellen van rechtsmiddelen aan de kant worden gezet.

Rechtbank Rotterdam 03-03-2025 (datum publicatie: 13-03-2025) ECLI:NL:RBROT:2025:3135

Multiproblematiek die zowel onder de Wvggz als de Wzd kan vallen in verband met de LVB van de betrokkene. Concluderend is aan alle eisen van de Wvggz voldaan en kan de machtiging onder de Wvggz met 12 maanden verlengd worden.

Kernpunt: ondanks LVB van betrokkene waardoor mogelijk Wzd van toepassing kan zijn is voldaan aan eisen Wvggz en kan machtiging met 12 maanden verlengd worden.  

Rechtbank Oost-Brabant 03-03-2025 (datum publicatie: 11-03-2025) ECLI:NL:RBOBR:2025:1395

Sprake van (voldoende toegelicht) wilsbekwaam verzet. Hier moet rekening mee worden gehouden omdat er geen sprake is van de uitzonderingsgronden uit artikel 2:1 lid 6 onder b Wvggz. Er is namelijk geen causaal verband tussen het nadeel voor anderen en de vermoedelijke stoornis.

Kernpunt: het wilsbekwame verzet moet gehonoreerd worden omdat er geen causaal verband bestaat tussen het nadeel voor anderen en de vermoedelijke stoornis.  

Rechtbank Rotterdam 12-02-2025 (datum publicatie: 03-03-2025) ECLI:NL:RBROT:2025:2429

Verzoek wijziging zorgmachtiging om bezoek te beperken, met als doel betrokkene te beschermen tegen haar gewelddadige partner. Verzoek wordt verleend.  

Kernpunt: aan de zorgmachtiging wordt als bijkomende maatregel het beperken van bezoek toegevoegd om betrokkene te beschermen tegen haar gewelddadige partner. 

Wet zorg en dwang

Rechtbank Noord-Holland 04-03-2025 (datum publicatie: 26-03-2025) ECLI:NL:RBNHO:2025:3045

Arts die medische verklaring heeft opgesteld is eerder als arts werkzaam geweest bij zorgaanbieder waar betrokkene verblijft. Dit doet niks af aan zijn onafhankelijkheid. Daarnaast stelt betrokkene dat hij tijdelijk in andere instelling heeft gezeten waardoor de machtiging is verlopen. Rechtbank oordeelt dat de machtiging is herleefd bij terugkeer van betrokkene, waardoor aanvullende machtiging kan worden verleend.  

Kernpunt: eerdere betrokkenheid bij zorginstelling is onvoldoende om afbreuk te doen aan de onafhankelijkheid van de arts / terugkeer na tijdelijk verblijf in andere instelling doet de machtiging herleven.  

Rechtbank Rotterdam 25-02-2025 (datum publicatie: 25-03-2025) ECLI:NL:RBROT:2025:3880

Afwijzing Wzd-machtiging omdat minder ingrijpende maatregelen onder de Wlz zoals thuiszorg en dagbesteding op dit moment nog mogelijk zijn.  

Kernpunt: de Wzd-machtiging wordt afgewezen omdat de betrokkene op dit moment nog geholpen kan worden door thuiszorg en dagbesteding.  

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 14-02-2025 (datum publicatie: 17-03-2025) ECLI:NL:RBZWB:2025:1474

Ondanks dat bij betrokkene formeel nog geen verstandelijke beperking is vastgesteld, is een benaderingswijze binnen de Wzd gezien haar beperkte draagkracht en cognitieve vermogens het meest passend. Machtiging wordt verleend voor drie maanden omdat er binnen dat termijn een diagnostisch onderzoek bij betrokkene plaats moet vinden.  

Kernpunt: ondanks ontbreken van formele diagnose wordt wel een Wzd-machtiging verleend, voor drie maanden zodat er in die periode een diagnostisch onderzoek kan plaatsvinden.

Hoge Raad 14-03-2025 (datum publicatie: 14-03-2025) ECLI:NL:HR:2025:385

De Hoge Raad vernietigt de beschikking van de rechtbank Gelderland, waarin een machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling is verleend in een Wvggz-accommodatie. Dit is niet toegestaan volgens de Wet zorg en dwang (Wzd), aangezien de accommodatie niet Wzd-geregistreerd is.

Kernpunt: de Hoge Raad oordeelde dat de machtiging niet geldig was, omdat de verblijfplaats van betrokkene niet voldeed aan de wettelijke vereisten van de Wzd. 

Privacy en tuchtrechtspraak

Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 28-03-2025 (datum publicatie: 31-03-2025) ECLI:NL:TGZRZWO:2025:38

Gegronde klacht zonder maatregel jegens tandarts omdat hij aan een andere tandarts weigert patiëntdossiers te verstrekken. Hij verstrekt ze rechtstreeks aan patiënten om te voorkomen dat hij dossiers toestuurt zonder hiertoe verzocht is, maar dit garandeert volgens het College niet dat de dossiers in dat geval bij de andere tandarts terecht zullen komen.  

Kernpunt: bij een verzoek tot dossierverstrekking door een andere tandarts dient dit rechtstreeks naar die andere praktijk te gaan, en niet via de patiënt te lopen.  

Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle, 25-03-2025 (datum publicatie: 27-03-2025) ECLI:NL:TGZRZWO:2025:36

Een psycholoog krijgt een berispring omdat hij de behandeling van klaagster haar door suïcide overleden echtgenoot heeft overgelaten aan een niet BIG-geregistreerde systeemtherapeut, en hierbij niet voldoende betrokken was om voldoende invulling te geven aan zijn regierol.

Kernpunt: te weinig betrokkenheid bij psychologische behandeling door een niet BIG-geregistreerde systeemtherapeut kan tuchtrechtelijk verwijtbaar zijn.  

Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle, 25-03-2025 (datum publicatie: 27-03-2025) ECLI:NL:TGZRZWO:2025:34

Huisarts krijgt een gedeeltelijke ontzegging omdat zij met het oog op een OTS-procedure in opdracht van moeder de 11 jarige dochter van klager heeft onderzocht, zonder zijn toestemming. Ook onthield zij hem informatie, en stelde zij een schriftelijke verklaring op waarin zij belastende uitspraken heeft gedaan zonder hem hierover te spreken.

Kernpunt: het opstellen van een verklaring zonder wederhoor en het onderzoeken van een 11-jarig kind zonder toestemming van beide ouders is in dit geval tuchtrechtelijk verwijtbaar.  

Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag, 17-03-2025 (datum publicatie: 26-03-2025) ECLI:NL:TGZCTG:2025:38

Huisarts krijgt een berisping omdat hij, als het gaat om de evaluatie en het monitoren van het medicatiegebruik door klager, onvoldoende initiatief heeft genomen en te passief is geweest.

Kernpunt: een te passieve houding bij evaluatie en monitoring van medicijngebruik kan tuchtrechtelijk verwijtbaar zijn.  

Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle, 20-03-2025 (datum publicatie: 24-03-2025) ECLI:NL:TGZRZWO:2025:32

Klacht tegen huisarts is niet-ontvankelijk omdat de klacht betrekking heeft op het gebrek aan zorg aan iemand anders. Klager kan de klacht ook niet namens zichzelf indienen omdat hij geen rechtstreeks eigen belang heeft.  

Kernpunt: klacht kan niet-ontvankelijk worden verklaard als de zorg niet aan klager is verleend en hij als niet-belanghebbende dient te worden gezien.

Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam, 21-03-2025 (datum publicatie: 21-03-2025) ECLI:NL:TGZRAMS:2025:63

Apotheker krijgt een waarschuwing. Klachten zien niet op inhoudelijke fouten maar vooral op gebrekkige communicatie en voorlichting door de apotheker, waaronder niet reageren op klachten en onvoldoende informatieverstrekking.  

Kernpunt: gebrekkige communicatie en voorlichting kan tuchtrechtelijk verwijtbaar zijn.  

Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 17-03-2025 (datum publicatie: 17-03-2025) ECLI:NL:TGZCTG:2025:44

Ongegronde klacht tegen een GZ-psycholoog die in het kader van een letselschadeonderzoek geen informatie had opgevraagd bij het revalidatiecentrum en wezenlijke punten uit het correctieverzoek van klager niet wilde opnemen in het rapport. College komt tot oordeel dat het onderzoek wel voldoende adequaat is uitgevoerd.

Kernpunt: de psycholoog heeft voldoende adequaat letselschadeonderzoek gedaan, ook zonder informatie van het revalidatiecentrum en zonder gehoor te geven aan de verzoeken van klager.

Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 17-03-2025 (datum publicatie: 17-03-2025) ECLI:NL:TGZCTG:2025:46  

Klacht tegen vertrouwensarts is verjaard ondanks eerdere indiening van een klaagschrift zonder inhoudelijke behandeling van de klachten. Dit is niet te rijmen met de Wet BIG, omdat dit zou betekenen dat het verjaringstermijn opgerekt zou kunnen worden tot meer dan 10 jaar.

Kernpunt: de Wet BIG biedt niet de mogelijkheid om door midden van een als ‘pro forma klaagschrift’ aangeduid stuk de verjaringstermijn op te rekken.  

Rechtbank Rotterdam 28-02-2025 (datum publicatie: 17-03-2025) ECLI:NL:RBROT:2025:3072

Eiseres vordert schadevergoeding omdat het medisch dossier omtrent de bij haar uitgevoerde bilvergroting gebrekkig zou zijn. Eiseres heeft hierdoor onzekerheid ervaren en eist immateriële schadevergoeding.  

Kernpunt: eiseres krijgt €1.000 schadevergoeding omdat gedaagde het medische dossier niet goed bijhield.

Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 14-03-2025 (datum publicatie: 14-03-2025) ECLI:NL:TGZRAMS:2025:59

Tandarts krijgt een waarschuwing omdat hij in reactie op een recensie op Zorgkaart Nederland door klager medische informatie over hem openbaar heeft gemaakt. Daarnaast wordt de bewoording onprofessioneel en beledigend geacht.

Kernpunt: een onprofessionele en beledigende reactie op het internet kan tuchtrechtelijk verwijtbaar worden geacht. Daarnaast is het delen van medische informatie in dit soort reacties een schending van het medisch beroepsgeheim.  

Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 12-03-2025 (datum publicatie 12-03-2025) ECLI:NL:TGZCTG:2025:30

Klacht tegen een huisarts omdat het interne beleid van de praktijk is dat er geen patiënten worden ingeschreven als die al een andere huisarts in de stad hebben. Het College acht dit niet tuchtrechtelijk verwijtbaar.

Kernpunt: een intern beleid op grond waarvan geen patiënten worden ingeschreven als zij al een huisarts hebben is in dit geval niet tuchtrechtelijk verwijtbaar.  

Rechtbank Rotterdam 03-03-2025 (datum publicatie 07-03-2025) ECLI:NL:RBROT:2025:2707

Eiseres vordert inzage in het medisch dossier van haar overleden vader om de rechtsgeldigheid van zijn testament aan te vechten. De rechtbank oordeelt dat zij onvoldoende aannemelijk maakt dat haar vader wilsonbekwaam was bij het opstellen van het testament en dat de gevraagde dossiers noodzakelijk zijn voor haar zaak.  

Kernpunt: De rechtbank wijst het verzoek van eiseres af omdat zij onvoldoende bewijs levert voor de noodzaak om het medisch beroepsgeheim te doorbreken

Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch 05-03-2025 (datum publicatie: 05-03-2025) ECLI:NL:TGZRSHE:2025:26

Klacht tegen een longarts-intensivist omdat ten onrechte in het medisch dossier zou staan dat niet-reanimeerbeleid met familie besproken was. Er komt onvoldoende vast te staan dat dit niet gebeurd is. Besluit tot niet-reanimeren op medische gronden vereist daarnaast geen toestemming van de patiënt of diens familie.

Kernpunt: een besluit tot niet-reanimeren op medische gronden is per definitie een besluit waarvoor de wilsverklaring van de patiënt en/of toestemming van de familie niet vereist is.  

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 25-02-2025 (datum publicatie: 04-03-2025) ECLI:NL:GHARL:2025:1076

Verzoek op grond van artikel 17 lid 1 (d) AVG tot verwijdering (persoons)gegevens uit EVR. Verzoek wordt toegewezen: EVR-registratie door VGZ is onrechtmatig, omdat onvoldoende is vast komen te staan dat de zorgverlener heeft gefraudeerd.  

Kernpunt: verzoek tot verwijdering (persoons)gegevens uit EVR wordt toegewezen, nu onvoldoende is vast komen te staat dat de zorgverlener heeft gefraudeerd. 

Zorgverzekeringswet 

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 05-02-2025 (datum publicatie: 12-03-2025), ECLI:NL:RBZWB:2025:1320

CZ heeft een vergoedingsaanvraag van liposuctiebehandelingen bij Lipoedeem terecht afgewezen. Deze behandelingen zijn niet conform de stand van de wetenschap en de praktijk en ook de omstandigheden van het geval rechtvaardigden vergoeding niet.

Kernpunt: liposuctiebehandelingen bij Lipoedeem komen in beginsel niet voor vergoeding in aanmerking.

Rechtbank Gelderland 28-02-2025 (datum publicatie: 24-03-2025), ECLI:NL:RBGEL:2025:206

Menzis was gerechtigd slechts een deel van de declaraties van een zorgaanbieder te vergoeden, omdat niet al het personeel van de zorgaanbieder voldeed aan de in de verzekeringsvoorwaarden opgenomen opleidingseis.  

Kernpunt: zorgverzekeraars zijn gerechtigd te bepalen door welk soort hulpverlener thuiszorg moet worden uitgevoerd om voor vergoeding in aanmerking te komen.

College van Beroep voor het bedrijfsleven 11-03-2025, ECLI:NL:CBB:2025:153

Volgens het College concludeerde de NZa terecht dat Zilveren Kruis geen andere overtreding had begaan dan het niet tijdig geven van een duidelijke reactie op vragen en opmerkingen van een groep huisartsen. Daarbij hoefde de NZa geen aanwijzing te geven of boete op te leggen.

Kernpunt: Zilveren Kruis gaf geen tijdige duidelijke reactie op vragen en opmerkingen van huisartsen.

College van Beroep voor het bedrijfsleven 11-03-2025, ECLI:NL:CBB:2025:156

Volgens het College had Zilveren Kruis in de publicatie van het zorginkoopbeleid voor Friese huisartsen de wijzigingen moeten opnemen ten opzichte van het eerder door De Friesland uitgevoerde zorginkoopbeleid. De andersluidende beslissing op bezwaar van de NZa moet dan ook worden vernietigd.

Kernpunt: Zilveren Kruis heeft huisartsen ten onrechte niet heeft geïnformeerd over enkele belangrijke wijzigingen in het zorginkoopbeleid.

Gerechtshof Den Haag 18-03-2025 (datum publicatie: 25-03-2025), ECLI:NL:GHDHA:2025:454

De rechtbank wees de vordering van Zilveren Kruis tot terugbetaling van declaraties boven het omzetplafond toe. Het hof vernietigde dit vonnis gedeeltelijk, voor zover de rechtbank meer heeft toegewezen dan Zilveren Kruis na bijstelling in hoger beroep vorderde.

Kernpunt: een zorgverzekeraar mag declaraties boven het omzetplafond terugvorderen.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant 19-03-2025 (datum publicatie: 20-03-2025), ECLI:NL:RBZWB:2025:1589

Het aanbod van CZ tot een kostprijsonderzoek en voorlopige tariefsverhogingen in een geschil over tarieven met vier aanbieders van hulpmiddelen, afgewogen tegen het openbreken van een overeenkomst, met mogelijke gevolgen voor andere partijen, maakt volgens de voorzieningenrechter dat spoedeisend belang ontbreekt.

Kernpunt: het aanbod tot een kostprijsonderzoek en voorlopige tariefverhogingen kunnen het spoedeisend belang van een vordering tot tariefverhoging wegnemen. 

Medische aansprakelijkheid  

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 18-03-2025 (datum publicatie: 25-03-2025), ECLI:NL:GHARL:2025:1561

Een zorgaanbieder heeft niet voldaan aan haar informatieplicht. Het informatieformulier sloot niet aan op wat er feitelijk is gebeurd, doordat het thuis is ondertekend is onbekend of de informatie is begrepen en de complicaties zijn gekwalificeerd als slechts zeer zelden optredend.

Kernpunt: een ondertekend, voorgedrukt informatieformulier betekent niet dat is voldaan aan de informatieplicht.

Behandelingsovereenkomst

Rechtbank Rotterdam 21-02-2025 (datum publicatie:  04-03-2025), ECLI:NL:RBROT:2025:2589

Het Rughuis vordert betaling van behandelkosten (€10.043,57) van gedaagde, die stelt niet voldoende geïnformeerd te zijn over de tarieven. De kantonrechter oordeelt dat Het Rughuis zijn informatieplicht had geschonden en ontbindt de overeenkomst gedeeltelijk, waardoor gedaagde niet hoeft te betalen.

Kernpunt: het Rughuis heeft gedaagde onvoldoende geïnformeerd over de behandelkosten, waardoor de betalingsverplichting vervalt.

Rechtbank Limburg 26-02-2025 (datum publicatie: 14-03-2025), ECLI:NL:RBLIM:2025:1963

Het verweer dat de patiënt dacht dat zijn zorgverzekeraar de kosten zou vergoeden voor behandeling in het buitenland, wordt niet geaccepteerd. De rechter stelt dat het de verantwoordelijkheid van de patiënt was om dit vooraf te controleren bij zijn zorgverzekeraar.

Kernpunt: het is aan de patiënt om te controleren of zijn zorgverzekeraar een behandeling in het buitenland dekt.  

Rechtbank Rotterdam 11-03-2025 (datum publicatie: 17-03-2025), ECLI:NL:RBROT:2025:3219  

De voorzieningenrechter verwijst de zaak naar een andere rechter omdat PZC weigert bepaalde interne meldingen (MIM’s) volledig aan de curatoren te verstrekken. PZC wilde de documenten verder anonimiseren en sommige helemaal achterhouden, wat niet wordt toegestaan.

Kernpunt: PZC mag de toegang tot relevante stukken voor de curatoren niet beperken zonder voldoende onderbouwing.

Ondernemingsrecht

Rechtbank Noord-Holland, 28-02-2025 (datum publicatie: 07-03-2025), ECLI:NL:RBNHO:2025:2172

Geschil tussen een stichting en een ZBC over de beëindiging van een samenwerkingsovereenkomst door de stichting vanwege o.a. klachten over gedrag van de bestuurder van de aandeelhouder van de ZBC.  

Kernpunt: gedrag van de bestuurder van de aandeelhouder kan in de weg staan aan voortzetting samenwerking.  

Rechtbank Gelderland, 27-02-2025 (datum publicatie: 13-03-2025), ECLI:NL:RBGEL:2025:1585

Bestuurder thuiszorgorganisatie is uit hoofde van artikel 2:248 BW aansprakelijk voor het boedeltekort in faillissement wegens schending administratie- en publicatieplicht. Rechtbank legt een bestuursverbod op.

Kernpunt: Het niet voldoen aan de administratieplicht en/of de publicatieplicht heeft tot gevolg dat (weerlegbaar) wordt vermoed dat deze onbehoorlijke taakvervulling een belangrijke oorzaak van het faillissement is. De schendingen van de administratie- en publicatieplicht kunnen zodanig zwaarwegend zijn dat deze de oplegging van een bestuursverbod rechtvaardigen.

Vastgoed

Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 19-03-2025 (datum publicatie: 19-03-2025), ECLI:NL:RVS:2025:1183

Beroep tegen een bestemmingsplan dat voorziet in een juridisch-planologisch kader voor de ontwikkeling van drie appartementencomplexen en een woonzorgcomplex met in totaal 120 (zorg)woningen en een Integraal Kind Centrum.

Kernpunt: Het moment waarop de verschuiving naar een woonvorm waarbij de nadruk ligt op het zorgelement niet langer in overeenstemming is met de woonbestemming is onduidelijk en zal in het kader van de handhaving rechtsonzekere situaties opleveren.  

Btw

Rechtbank Den Haag, 4 maart 2025 (datum publicatie: 26 maart 2025), ECLI:NL:RBDHA:2025:4635

De rechtbank maakt met een aantal korte overwegingen duidelijk dat naar haar mening de ter beschikking stelling van kamers in een hospice valt onder de reikwijdte van de zogenaamde kort verblijf uitzondering in de btw. Hierdoor is btw verschuldigd over de huurprijs voor de kamer, maar de btw op (investerings)kosten aftrekbaar.  

Kernpunt: ondanks de landelijke lijn die is ingezet vanuit de Belastingdienst lijken de rechters vooralsnog veelal van mening dat ook de ter beschikking stelling van kamers in een hospice een btw-belaste prestatie is. Dit brengt aftrekrecht van btw op de (investerings)kosten met zich mee.

Hoge Raad 28 maart 2025, ECLI:NL:HR:2025:472

De Hoge Raad heeft in deze zaak besloten om zogenaamde prejudiciële vragen te stellen aan het Europese Hof van Justitie over de werking van de fiscale eenheid btw. In deze zaak is sprake van 5 BV's in de fiscale eenheid, waarbij één BV voldoet aan de voorwaarden voor het verrichten van btw-vrijgestelde 24 uursdiensten (alarmeringsdiensten). De Hoge Raad vraagt of voor toepassing van de btw-vrijstelling moet worden gekeken naar de zelfstandige entiteit die de prestaties verricht, of dat voldoende is dat één entiteit binnen de fiscale eenheid btw aan de voorwaarden voldoet. Daarnaast vraagt de Hoge Raad of het voldoende is dat één van de in dit geval vijf entiteiten aan de voorwaarden voldoet.

Kernpunt: de beslissing van het Hof van Justitie kan grote invloed hebben op de werking van de fiscale eenheid btw. Of de soep echt zo heet gegeten zullen we naar verwachting pas over geruime tijd weten.  

Andere verhalen