Op het toneel van letselschadezaken spelen benadeelden, artsen, verzekeraars, medisch adviseurs, schadebehandelaars, advocaten en rechters een rol. Vanuit ieders vakgebied buigen zij zich over de situatie van de benadeelde. Het medisch dossier van benadeelde speelt daarbij vaak een cruciale rol. Veelal bestaat er verwarring en onduidelijkheid over de vraag wie het medisch dossier mag inzien. Wie mag wat aan wie geven?
De functionele eenheid
De personen die medische gegevens mogen verzamelen c.q. inzien behoren tot de functionele eenheid. De Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) bepaalt dat medische gegevens alleen mogen worden verwerkt door personen die uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift, dan wel krachtens een overeenkomst tot geheimhouding verplicht zijn. In de KNMG-richtlijnen, de beroepscode GHV en in de rechtspraak is deze bepaling nader uitgewerkt, maar nog niet volledig uitgekristalliseerd.
Ten aanzien van sommige personen moet van geval tot geval worden beoordeeld of zij nodig zijn (in de zin van functionele eenheid) voor de beoordeling en afhandeling van een letselschadeclaim, en zelfs dan kan daar nog verschillend over worden gedacht c.q. geoordeeld. Enkele voorbeelden:
Medische informatie tussen de medisch adviseur en de schadebehandelaar
Op de vraag of een medisch adviseur van de verzekeraar medische informatie van de benadeelde aan een schadebehandelaar van de verzekeraar mag sturen, oordeelden de rechtbanken Utrecht [TvGr 1999, 32] en Zutphen dat dit is toegestaan omdat de schadebehandelaar op grond van de Wbp en zijn gedragscode een afgeleide geheimhoudingsplicht heeft.
Het Centraal Tuchtcollege daarentegen (15 mei 2007, 2006.101), oordeelde dat dit niet is toegestaan omdat de relevante medische gegevens dienen te worden neergelegd in het op schrift gestelde medisch advies.
Medische informatie tussen de medisch adviseur of arts en de advocaat
Op de vraag of een medisch adviseur van de verzekeraar, of een arts, medisch relevante gegevens mag sturen aan de advocaat van de verzekeraar oordeelde het Regionaal Tuchtcollege voor Gezondheidszorg te Amsterdam (RTG) van niet (27 juni 2006, 05135, ASD), terwijl later in 2009 het Hof van Discipline en de rechtbank Zutphen oordeelden dat dit wel is toegestaan.
Medische informatie tussen een advocaat en een specialist
Op de vraag of een specialist op verzoek van een advocaat eenzijdig een medisch-deskundigenrapport mag beoordelen (zonder toestemming van de benadeelde) oordeelde de Raad van Discipline van wel, maar het Hof van Discipline van niet.
Conclusie
Of en door wie een medisch dossier mag worden ingezien, is niet altijd even duidelijk. De reden daarvan is met name gelegen in het feit dat het antwoord op de vraag wie tot de functionele eenheid behoort in de rechtspraktijk is beoordeeld door verschillende disciplines dan wel tuchtcolleges.
Anders gezegd, voor iedere beroepsgroep die zich bezighoudt met letselschadezaken wordt de term functionele eenheid anders ingekleurd en dus is het zaak in de letselschadepraktijk steeds goed oog te hebben voor de vraag wie met welke functie welke medische informatie in mag zien.
De functionele eenheid
De personen die medische gegevens mogen verzamelen c.q. inzien behoren tot de functionele eenheid. De Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) bepaalt dat medische gegevens alleen mogen worden verwerkt door personen die uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift, dan wel krachtens een overeenkomst tot geheimhouding verplicht zijn. In de KNMG-richtlijnen, de beroepscode GHV en in de rechtspraak is deze bepaling nader uitgewerkt, maar nog niet volledig uitgekristalliseerd.
Ten aanzien van sommige personen moet van geval tot geval worden beoordeeld of zij nodig zijn (in de zin van functionele eenheid) voor de beoordeling en afhandeling van een letselschadeclaim, en zelfs dan kan daar nog verschillend over worden gedacht c.q. geoordeeld. Enkele voorbeelden:
Medische informatie tussen de medisch adviseur en de schadebehandelaar
Op de vraag of een medisch adviseur van de verzekeraar medische informatie van de benadeelde aan een schadebehandelaar van de verzekeraar mag sturen, oordeelden de rechtbanken Utrecht [TvGr 1999, 32] en Zutphen dat dit is toegestaan omdat de schadebehandelaar op grond van de Wbp en zijn gedragscode een afgeleide geheimhoudingsplicht heeft.
Het Centraal Tuchtcollege daarentegen (15 mei 2007, 2006.101), oordeelde dat dit niet is toegestaan omdat de relevante medische gegevens dienen te worden neergelegd in het op schrift gestelde medisch advies.
Medische informatie tussen de medisch adviseur of arts en de advocaat
Op de vraag of een medisch adviseur van de verzekeraar, of een arts, medisch relevante gegevens mag sturen aan de advocaat van de verzekeraar oordeelde het Regionaal Tuchtcollege voor Gezondheidszorg te Amsterdam (RTG) van niet (27 juni 2006, 05135, ASD), terwijl later in 2009 het Hof van Discipline en de rechtbank Zutphen oordeelden dat dit wel is toegestaan.
Medische informatie tussen een advocaat en een specialist
Op de vraag of een specialist op verzoek van een advocaat eenzijdig een medisch-deskundigenrapport mag beoordelen (zonder toestemming van de benadeelde) oordeelde de Raad van Discipline van wel, maar het Hof van Discipline van niet.
Conclusie
Of en door wie een medisch dossier mag worden ingezien, is niet altijd even duidelijk. De reden daarvan is met name gelegen in het feit dat het antwoord op de vraag wie tot de functionele eenheid behoort in de rechtspraktijk is beoordeeld door verschillende disciplines dan wel tuchtcolleges.
Anders gezegd, voor iedere beroepsgroep die zich bezighoudt met letselschadezaken wordt de term functionele eenheid anders ingekleurd en dus is het zaak in de letselschadepraktijk steeds goed oog te hebben voor de vraag wie met welke functie welke medische informatie in mag zien.
Gerelateerd
Aansprakelijkheid