In offerte toepasselijk verklaarde algemene voorwaarden gaan onderuit ("battle of the forms")

24 februari 2020, laatst geüpdatet 11 september 2024
In een offerteaanvraag verklaart opdrachtgever zijn algemene voorwaarden van toepassing. In de daaropvolgende offerte verklaart opdrachtnemer echter zijn eigen algemene voorwaarden van toepassing, mede om zijn aansprakelijkheid te beperken. Welke voorwaarden gelden nu?
Ernst-Jan van de Pas 
Ernst-Jan van de Pas 
Advocaat - Managing Partner
In dit artikel

Welke algemene voorwaarden van toepassing?

Recent moest de rechtbank Rotterdam over deze situatie oordelen (ECLI:NL:RBROT:2019:9364) in een kwestie tussen een hoofdaannemer (opdrachtgever) en een onderaannemer (opdrachtnemer). Alhoewel dit een bouwzaak betreft, is de juridische kwestie (ook) van groot belang bij het contracteren over IT-producten en/of -diensten.

In deze zaak had de hoofdaannemer (voor een klus voor Shell Pernis) de onderaannemer gecontracteerd bij het uitvoeren van een opdracht, namelijk het stralen van vier betonnen bakken (silo’s). De hoofdaannemer wil echter niet betalen voor de uitgevoerde werkzaamheden, en stelt juist dat sprake is van wanprestatie door de onderaannemer (wegens te laat opleveren en vervuiling/beschadiging hoogwerkers). De onderaannemer stelt daarop dat zijn aansprakelijkheid is beperkt, omdat hij zijn algemene voorwaarden van toepassing heeft verklaard op de offerte aan de hoofdaannemer, die deze offerte heeft aanvaard. Hoe zit dit nu juridisch?

Totstandkoming overeenkomst: wat stond er in de offerteaanvraag en de offerte?

Van belang is hoe, en onder welke voorwaarden de overeenkomst tussen partijen tot stand is gekomen. Op 3 oktober 2016 verzocht de hoofdaannemer per e-mail aan de onderaannemer om een offerte uit te brengen. In deze e-mail staat ook dat de hoofdaannemer zijn algemene voorwaarden van toepassing verklaart, alsmede dat algemene voorwaarden van opdrachtgevers en leveranciers van de hand worden gewezen. Op 6 oktober 2016 stuurde de onderaannemer zijn offerte, waarin de Metaalunievoorwaarden en aanvullende voorwaarden (met een beperking van aansprakelijkheid) van toepassing zijn verklaard. De hoofdaannemer stuurde daarna per e-mail van 25 februari 2017 de bevestiging van de (eerder mondeling verstrekte) opdracht. Op basis van deze chronologie moet de rechtbank oordelen welke algemene voorwaarden op de overeenkomst tussen partijen van toepassing zijn. Dat bepaalt namelijk mede of de onderaannemer zich (in het kader van de door de hoofdaannemer gestelde wanprestatie) succesvol kan beroepen op de aansprakelijkheidsbeperking in zijn algemene voorwaarden.

Juridisch kader bij meerdere algemene voorwaarden ("battle of the forms")

Deze situatie staat bekend als de zogenaamde "battle of the forms". De wet zegt: als aanbod (situatie 1) en aanvaarding (situatie 2) naar verschillende algemene voorwaarden verwijzen, dan komt aan de verwijzing in situatie 2 geen werking toe, tenzij de algemene voorwaarden in situatie 1 uitdrukkelijk van de hand worden gewezen (artikel 6:225 lid 3 BW). Dit wordt ook wel de first shot-regel genoemd.

De partij die dus als eerst zijn algemene voorwaarden van toepassing verklaart heeft het ‘first shot’. Dit ‘first shot’ heeft in beginsel voorrang.

Oordeel rechtbank: first shot-regel geldt óók bij offerteaanvraag

De vraag is: geldt deze first shot-regel ook als je slechts aan de andere partij vraagt om een aanbod te doen? De IT-praktijk is vaak dat een leverancier aan een potentiële afnemer een aanbod (voor het leveren van IT-producten en/of -diensten) doet via een offerte. Dit kwalificeert juridisch als een aanbod. Als de potentiële afnemer vervolgens dit aanbod accepteert, is sprake van een aanvaarding van dit aanbod, en komt juridisch aldus een overeenkomst tot stand. Wat nu als de potentiële afnemer aan de IT-leverancier vraagt om een aanbod te doen, en daarbij zijn eigen (afnemersvriendelijke) algemene voorwaarden van toepassing verklaart? Geldt deze uitnodiging tot het doen van een aanbod zelf óók als een aanbod? Het antwoord is ‘ja’, en dus ook dán is de first shot-regel van toepassing, aldus de rechtbank Rotterdam.

De rechtbank acht de regel van artikel 6:225 lid 3 BW namelijk ook van toepassing in het - zich hier voordoende - geval dat de offerte is gevolgd op een uitnodiging tot het doen van een aanbod (offerteaanvraag) en de uitnodiging en offerte naar verschillende algemene voorwaarden verwijzen. Daarbij verwijst de rechtbank naar een eerdere uitspraak van de Hoge Raad van 13 juli 2001 (Hardstaal/Bovry). De offerteaanvraag van de hoofdaannemer geldt dus als het ‘first shot’. De rechtbank vervolgt dat de onderaannemer de algemene voorwaarden van de hoofdaannemer vervolgens niet uitdrukkelijk van de hand heeft gewezen (in de offerte). Aan de tweede verwijzing komt dus geen werking toe. De onderaannemer kan zich daarom niet beroepen op een contractuele uitsluiting of beperking van zijn aansprakelijkheid.

De omstandigheid dat partijen al vanaf 2008 zaken doen, en dat de onderaannemer daarbij steeds zijn eigen algemene voorwaarden van toepassing heeft verklaard, leidt niet tot een ander oordeel. Het gaat volgens de rechtbank om de onderhavige (deze) overeenkomst: welke partij heeft in het kader van het sluiten van onderhavige overeenkomst als eerste zijn algemene voorwaarden van toepassing verklaard, en heeft de wederpartij de toepasselijkheid vervolgens uitdrukkelijk van de hand heeft gewezen toen hij zijn eigen algemene voorwaarden toepasselijk probeerde te verklaren.