Het PAS, het relativiteitsvereiste en het ontbreken van stikstofgevoelige habitattypen

30 augustus 2019, laatst geüpdatet 11 september 2024
Op 29 mei 2019 zette de Afdeling in een tweetal uitspraken een streep door het PAS. Sindsdien zijn meerdere bestemmingsplannen en vergunningen door de Afdeling vernietigd. Dat niet alle bestemmingsplannen, waarbij gebruik is gemaakt van het PAS, hoeven te sneuvelen volgt uit een uitspraak van de Afdeling van 21 augustus 2019 (ECLI:NL:RVS:2019:2835) over het bestemmingsplan Almere Poort West en Pampushout.
Bart de Haan 
Bart de Haan 
Advocaat - Associate Partner
In dit artikel

Op 29 mei 2019 zette de Afdeling in een tweetal uitspraken een streep door het PAS. Sindsdien zijn meerdere bestemmingsplannen en vergunningen door de Afdeling vernietigd. Dat niet alle bestemmingsplannen, waarbij gebruik is gemaakt van het PAS, hoeven te sneuvelen volgt uit een uitspraak van de Afdeling van 21 augustus 2019 (ECLI:NL:RVS:2019:2835) over het bestemmingsplan Almere Poort West en Pampushout.

Tegen dat bestemmingsplan is een vereniging van appartementseigenaren (VVE) opgekomen met de stelling dat ten onrechte gebruik is gemaakt van het PAS.

Natura 2000-gebied Naardermeer: relativiteitsvereiste

De Afdeling overweegt als volgt.

“De bepaling in de Wet natuurbescherming over de beoordeling van plannen die gevolgen kunnen hebben voor een Natura 2000-gebied strekken ter bescherming van het behoud van de natuurwaarde in deze gebieden. Uit de uitspraak van de Afdeling van 13 juli 2011, ECLI:NL:RVS:2011:BR1412, volgt dat de individuele belangen van burgers bij het behoud van een goede kwaliteit van hun leefomgeving, waarvan een Natura 2000-gebied deel uitmaakt, zo verweven kunnen zijn met het algemene belang dat de Wnb beoogde bescherming, dat niet kan worden geoordeeld dat de betrokken normen van de Wnb kennelijk niet strekken tot bescherming van hun belangen.

Ten aanzien van het door VVE IJmeerdijk en anderen genoemd Natura 2000-gebied Naardermeer stelt de Afdeling vast dat de afstand tussen het perceel van VVE ijmeerdijk en anderen en voornoemd Natura 2000-gebied tenminste 3,5 km bedraagt. Gelet op deze afstand bestaat naar het oordeel van de Afdeling in zoverre geen zodanige verwevenheid dat van de individuele belangen van VVE IJmeerdijk en anderen bij het behoud van een goede kwaliteit van de leefomgeving met de algemene belangen die de Wnb beoogt te beschermen, dat moet worden geoordeeld dat de betrokken normen van de Wnb kennelijk strekken tot bescherming van de belangen van VVE IJmeerdijk en anderen.”

Natura 2000-gebied Markermeer en IJmeer: geen stikstofgevoelige habitattypen

Vervolgens beoordeelt de Afdeling ook het betoog van de VVE dat het plan voor wat betreft het Natura 2000-gebied Markermeer en IJmeer ten onrechte is gebaseerd op de passende beoordeling bij het PAS. Hierover overweegt de Afdeling:

“Naar het oordeel van de Afdeling leidt het betoog van VvE IJmeerdijk in dit geval echter niet tot vernietiging van het plan, gelet op de omstandigheid dat in het Markermeer en IJmeer geen voor stikstof gevoelige habitattypen aanwezig zijn. Weliswaar is in het aanwijzingsbesluit voor het Natura 2000-gebied "Markermeer & IJmeer" aangegeven dat het habitattype kranswierwateren (H3140) gevoelig is voor stikstof, maar in het zogenoemde "Natura 2000 profieldocument", waarin beschrijvingen zijn opgenomen van habitattypen waarvoor doelen zijn vastgesteld, is voor het habitattype kranswierwateren (H3140) aangegeven dat dit habitattype in fysisch geografische regio afgesloten zeearmen, met name in de randmeren, niet gevoelig is voor stikstofdepositie. Naar het oordeel van de Afdeling kunnen het Markermeer en het IJmeer worden aangemerkt als afgesloten zeearmen in de zin van het zogenoemde "profieldocument habitattype kranswierwateren (H3140)", zodat het daar voorkomende habitattype kranswierwateren (H3140) niet als stikstofgevoelig kan worden aangemerkt. De Afdeling vindt hiervoor steun in het beheerplan "Natura 2000 Beheerplan IJsselmeergebied 2017-2023", waarin staat dat in Markermeer & IJmeer geen sprake is van een knelpunt als gevolg van (externe) stikstofdepositie en geen herstelstrategieën nodig zijn.

Gelet op het voorgaande ziet de Afdeling in hetgeen VvE IJmeerdijk en anderen hebben aangevoerd geen aanleiding voor het oordeel dat het plan is vastgesteld in strijd met de Wet natuurbescherming.”

Mocht u vragen hebben over het Pas en de gevolgen daarvan. Neemt u dan contact op met Bart de Haan

Voorbereiding voorkeursbeschikking: uniforme openbare voorbereidingsprocedure niet van toepassing!

In onze gemeentepraktijk adviseren wij regelmatig over de vestiging van een voorkeursrecht en over de aanpak van een gebiedsontwikkeling nadat een...

Koninklijk Besluit onteigening Rijnhaven-Oost: zorgen over alternatieve locatie en niet passende plannen voor zelfrealisatieplannen

Op grond van het overgangsrecht bij de Omgevingswet worden alle onteigeningsverzoeken die voor 1 januari 2024 bij de Corporate Dienst zijn ingediend nog...
Bedrijventerrein Den Haag

Onteigening: verkoop is geen zelfrealisatie!

Onteigening; Koninklijk Besluit 22 oktober 2024 gemeente Echt-Susteren: verkoop is geen zelfrealisatie. Een heel interessant Koninklijk Besluit omdat de Kroon...

Verkoper aansprakelijk door mededelingen over bodemverontreiniging?

Indien de koper van onroerend goed na aankoop ontdekt dat er bodemverontreiniging aanwezig is, zal hij vaak proberen zijn schade te verhalen op de verkoper....

De Afdeling bevestigt: stikstofruimte van de 100 km-maatregel mag niet worden gebruikt

Sinds 24 maart 2020 kunnen natuurvergunningen worden aangevraagd op basis van het stikstofregistratiesysteem (SSRS). Een van de eerste maatregelen die door het...
Zonsondergang horizon - natura 2000 gebied

Het additionaliteitsvereiste bij stikstof: wanneer is extern salderen bij een project nu mogelijk?

Een project mag niet leiden tot aantasting van een Natura 2000-gebied. Een van de manieren om dit te bereiken is door middel van externe saldering. Deze manier...
No posts found