Gezamenlijke inkoop in de zorgsector en het kartelverbod

2 mei 2016, laatst geüpdatet 11 september 2024
Kostbare medicijnen leggen een steeds groter beslag op het totale zorgbudget. In Amerika is Turing Pharmaceuticals onder druk komen te staan omdat het de prijs per pil van het medicijn Deraprim van de ene op de andere dag heeft verhoogd van $13,76 naar $750,--. Ook in Nederland zijn hoge medicijnprijzen een doorn in het oog van de politiek. De minister van Volksgezondheid voert al ongeveer drie jaar rechtstreekse (en vertrouwelijke) onderhandelingen met medicijnproducenten met lagere medicijn...
Sjaak van der Heul 
Sjaak van der Heul 
Advocaat - Senior
In dit artikel
Kostbare medicijnen leggen een steeds groter beslag op het totale zorgbudget. In Amerika is Turing Pharmaceuticals onder druk komen te staan omdat het de prijs per pil van het medicijn Deraprim van de ene op de andere dag heeft verhoogd van $13,76 naar $750,--. Ook in Nederland zijn hoge medicijnprijzen een doorn in het oog van de politiek. De minister van Volksgezondheid voert al ongeveer drie jaar rechtstreekse (en vertrouwelijke) onderhandelingen met medicijnproducenten met lagere medicijnenprijzen als inzet. Een van de redenen die de minister geeft voor haar interventie is de beperkte inkoopmacht van ziekenhuizen. Op 21 april 2016 heeft de Autoriteit Consument & Markt in concept de Leidraad gezamenlijke inkoop geneesmiddelen voor de medisch specialistische zorg (de Leidraad). In de Leidraad geeft de ACM vuistregels op basis waarvan zorgverzekeraars en ziekenhuizen gezamenlijk mogen optrekken richting de farmaceutische industrie zonder het kartelverbod te overtreden.

De Leidraad
Op grond van de leidraad mogen medicijnen voor medisch specialistische zorg gezamenlijk worden ingekocht door (combinaties van) ziekenhuizen en zorgverzekeraars als aan drie vuistregels wordt voldaan.

  1. De kosten van gezamenlijk ingekochte geneesmiddelen omvatten niet méér dan een beperkt deel van de totale kosten.

    De ACM gaat ervan uit dat als de kosten van de gezamenlijk ingekochte geneesmiddelen voor ieder van de betrokken ziekenhuizen minder dan 15 procent van de omzet uitmaken, het niet waarschijnlijk is dat gezamenlijke inkoop negatieve gevolgen voor de concurrentie heeft. Voor zorgverzekeraars geldt een grens van 5 procent van de totale schadelast uit hoofde van de basisverzekering.

  2. Toetreding tot het inkoopverband is voldoende gewaarborgd.

    Toegang tot de gezamenlijke inkoop moet kunnen plaatsvinden op grond van vooraf kenbare, objectieve en non-discriminatoire criteria. Door deze vuistregel wordt voorkomen dat ziekenhuizen of zorgverzekeraars concurrentienadeel ondervinden omdat zij worden uitgesloten van een inkoopverband (en dus duurdere medicijnen moeten gebruiken).

  3. De flexibiliteit van het inkoopverband is voldoende gewaarborgd.

    De voorwaarden die aan deelnemers van het inkoopverband worden gesteld, mogen niet verder gaan dan nodig voor de goede werking van het inkoopverband. Dit betekent bijvoorbeeld dat een minimumafnameverplichting en een verbod om buiten het inkoopverband in te kopen zijn toegestaan voor zover zij noodzakelijk zijn voor de effectiviteit van het inkoopverband (bijvoorbeeld om voldoende inkoopmassa te creëren om de inkoopprijzen te kunnen drukken). Met betrekking tot de looptijd gaat de ACM ervan uit dat een maximale contractduur tussen één en drie jaar redelijk is, afhankelijk van het geneesmiddel waar het contract betrekking op heeft.


De ACM benadrukt dat de inkoopsamenwerking geen concurrentiebeperkend doel mag hebben. Er mag slechts concurrentiegevoelige informatie worden uitgewisseld voor zover dat noodzakelijk is voor de inkoopsamenwerking. Bovendien mag de samenwerking er niet toe leiden dat (ook) afspraken over de volgende schakel in de keten worden gemaakt, bijvoorbeeld de mate waarin de lagere kosten worden doorgegeven aan verzekerden/patiënten.

Als een inkoopsamenwerking aan de vuistregels uit de Leidraad voldoet, bevindt deze zich in een veilige haven. Een inkoopsamenwerking buiten de veilige haven is niet per definitie verboden. Wel is in dat geval een uitvoerige individuele analyse van de mogelijke gevolgen op de relevante markten noodzakelijk.

Commentaar
Inkoopsamenwerkingen hebben doorgaans de totstandbrenging van kopersmacht ten doel, hetgeen kan leiden tot lagere prijzen of een betere kwaliteit van producten of diensten voor de consument/verzekerden. Het door de ACM in de Leidraad geschetste kader is nieuw noch uitsluitend toepasbaar in de zorgsector. In de richtsnoeren voor horizontale samenwerking heeft de Europese Commissie ook al benadrukt dat inkoopsamenwerkingen met een marktaandeel van 15% of lager in de regel de concurrentie niet beperken.

ACM heeft echter opgemerkt dat er in de zorgsector enige terughoudendheid bestaat om samen te werken, ook als dat in het belang van patiënten en verzekerden is. Niet kan worden uitgesloten dat die terughoudendheid mede een gevolg is van het feit dat de zorgsector al een aantal jaar hoog op de agenda van de ACM staat. In het verleden heeft die prioritering geleid tot beboeting vanwege vermeende kartelafspraken van zorgaanbieders. Recent lijkt een kanteling in het prioriteringsbeleid van de ACM waarneembaar. In september 2015 bevestigde de ACM al de ruimte voor samenwerking in de eerstelijnszorg. Onder bepaalde omstandigheden staat de ACM bovendien open voor alternatieven voor het opleggen van een boete als een samenwerking onverhoopt toch een kartelrisico oplevert. Zorgaanbieders zullen echter rekening moeten blijven houden met de mededingingswet. Het optimisme over compenserende inkoopmacht bij verzekeraars neemt af waardoor de ACM kritisch lijkt te staan tegenover fusies van ziekenhuizen en specialisatieafspraken.

Geïnteresseerden hebben tot en met 27 mei 2016 de tijd om hun suggesties voor de Leidraad bij de ACM in te dienen. Op basis van die suggesties organiseert ACM twee rondetafelgesprekken om te toetsen of de Leidraad inkopers voldoende handvatten biedt om samenwerking vorm te geven. Met de reacties kan ACM het de Leidraad aanpassen.