Concurrentiebeperkende specialisatieafspraken op gebied van oncologie mogen van de ACM (onder voorwaarden uiteraard)

30 augustus 2016, laatst geüpdatet 11 september 2024
De Autoriteit Consument & Markt (“ACM”) heeft in een informele zienswijze van 15 juli 2016 groen licht gegeven voor een voorgenomen specialisatieovereenkomst tussen het Universitair Medisch Centrum Utrecht, het St. Antonius Ziekenhuis en het Meander Medisch Centrum, alle gevestigd in de regio Midden-Nederland. Mededingingsrechtelijk is de kern van de voorgenomen specialisatieovereenkomst dat de ziekenhuizen verschillende oncologische ingrepen onderling verdelen. Hoewel de specialisatieove...
Sjaak van der Heul 
Sjaak van der Heul 
Advocaat - Senior
In dit artikel
De Autoriteit Consument & Markt (“ACM”) heeft in een informele zienswijze van 15 juli 2016 groen licht gegeven voor een voorgenomen specialisatieovereenkomst tussen het Universitair Medisch Centrum Utrecht, het St. Antonius Ziekenhuis en het Meander Medisch Centrum, alle gevestigd in de regio Midden-Nederland. Mededingingsrechtelijk is de kern van de voorgenomen specialisatieovereenkomst dat de ziekenhuizen verschillende oncologische ingrepen onderling verdelen. Hoewel de specialisatieovereenkomst de concurrentie beperkt, wegen de voordelen van de samenwerking ook volgens de ACM op tegen de nadelen. Ten behoeve van andere zorginstellingen heeft de ACM in haar informele zienswijze tevens gevoegd vier aandachtspunten voor een self assessment bij samenwerking in de zorg.

De beoordeling van de ACM

De ziekenhuizen stellen zich op het standpunt dat hun samenwerking noodzakelijk is omdat zij ieder individueel niet aan de door de Stichting Oncologische Samenwerking (SONCOS) geformuleerde minimumnormen kunnen voldoen op het gebied van chirurgische ingrepen voor lever,- slokdarm-, maag- en alvleesklierkanker. Ieder ziekenhuis zal zich op grond van de specialisatieafspraak toeleggen op een of twee van deze oncologische ingrepen en biedt de overige ingrepen daarna niet langer aan. Wel blijven de drie betrokken ziekenhuizen het voor- en natraject van de chirurgische behandeling in concurrentie met elkaar aanbieden.

De specialisatieafspraak kwalificeert als marktverdelingsafspraak die de concurrentie in principe beperkt. De ACM concludeert echter dat de afspraak is uitgezonderd van het kartelverbod omdat aan de uitzonderingsvoorwaarden wordt voldaan:

  1. Een afweging van de voor- en nadelen van de samenwerking op het gebied van kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid leidt tot een netto-kwaliteitsverbetering.

  2. De kwaliteitsverbetering komt ten goede aan de patiënt;

  3. De afspraak is noodzakelijk om de beoogde voordelen te bewerkstelligen. De ziekenhuizen kunnen niet zelfstandig aan de Soncos-normen voldoen en de zorgverzekeraars hebben zelf aangedrongen op samenwerking in het kader van de complexe oncologie.

  4. Er blijft voldoende restconcurrentie over. Hoewel de betrokken ziekenhuizen alle actief zijn in de regio Midden-Nederland en de concurrentie aldaar (dus) wordt uitgesloten, concludeert de ACM dat de Utrechtse Ziekenhuizen voldoende concurrentiedruk op het gebied van oncologische zorg ondervinden van ziekenhuizen uit aangrenzende regio’s.


Commentaar

De informele zienswijze bevestigt dat de ACM specialisatieafspraken in de zorgsector in de regel aan zal merken als concurrentiebeperkend waardoor de toelaatbaarheid ervan afhankelijk zal zijn van een beroep op een uitzondering. Voor specialiserende zorginstellingen verhoogt dat de noodzaak tot het samenstellen van een volledig dossier omdat de bewijslast dat aan de uitzonderingsvoorwaarden is voldaan op hen rust. Het zijn enigszins open deuren maar de ACM geeft daarvoor vier tips aan ziekenhuizen met specialisatieplannen:

  • Breng niet alleen voordelen van een samenwerking in kaart, maar ook de (mogelijke) nadelen.

  • Breng ook de gevolgen van de beperking van de mededinging in kaart.

  • Weeg de voor- en nadelen van de samenwerking voor kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg af.

  • Onderbouw inschattingen van de voor- en nadelen zo veel mogelijk met feitelijke informatie.


Naar aanleiding van haar beoordeling van de “Kip van Morgen” heeft de ACM kritiek gekregen, onder meer omdat zij een beroep op de wettelijke uitzondering van het kartelverbod op grond van vooral economische redenen had verworpen (publieke doelen werden door de ACM gemonetariseerd). Uit de informele zienswijze over specialisatieafspraken blijkt dat de ACM specialisatieafspraken in de zorgsector niet (alleen) economisch beoordeelt maar wel degelijk een inschatting maakt van de gevolgen op de publieke belangen kwaliteit, betaalbaarheid en bereikbaarheid van de zorg. Daarbij is interessant dat de ACM zeker niet alle (kwaliteits)argumenten van de ziekenhuizen overneemt maar desondanks geen bezwaar heeft tegen de voorgenomen samenwerking. De reden daarvoor lijkt te zijn dat de ziekenhuizen aan alle betrokkenen stakeholders (verzekeraars/cliënten) voldoende informatie over hun samenwerking hebben verstrekt. De stakeholders zijn daardoor in staat geweest een zorgvuldige afweging te maken over de voor- en nadelen van de voorgenomen specialisatieafspraak en staan daar positief tegenover.