Blogreeks: Enquêterecht & de zorgsector (2): Toegang

18 oktober 2022, laatst geüpdatet 12 september 2024
In deze blogreeks gaan wij in op de (on)mogelijkheden van het enquêterecht binnen het semipublieke domein (specifiek de zorgsector). Wat kan het enquêterecht uw organisatie bieden? U weet het na het lezen van deze blogreeks!
In dit artikel

Inleiding

In dit tweede deel in de blogreeks "enquêterecht & de zorgsector" gaan wij in op de toegang tot de enquêteprocedure voor de zorgsector. Achtereenvolgens wordt ingegaan op het toepassingsbereik van het enquêterecht, de kring van enquêtegerechtigden en de ontvankelijkheidsvereisten.

Toepassingsbereik enquêterecht in de zorgsector

Het enquêterecht is niet van toepassing op alle zorginstellingen. De reikwijdte is beperkt tot (i) de stichting en de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid; (ii) die een onderneming in stand houden waarvoor ingevolge de wet (Wet op de Ondernemingsraden) een ondernemingsraad moet worden ingesteld (let op: uitzondering voor de cliëntenraad, zie hierna). Die ondernemingsraad moet worden ingesteld door een ondernemer die een onderneming in stand houdt waarin in de regel ten minste 50 personen werkzaam zijn.

Wie is enquêtegerechtigd?

Het zijn van enquêtegerechtigde betekent dat diegene bevoegd is een enquête te verzoeken bij de Ondernemingskamer van het Gerechtshof te Amsterdam (zie ook blog 1). Dit zijn binnen de zorgsector onder meer de volgende: (de bevoegdheid van de Advocaat-Generaal laten wij hier buiten beschouwing)

1. De cliëntenraad

De cliëntenraad van iedere zorgorganisatie met een privaatrechtelijke rechtsvorm als bedoeld in artikel 2:3 BW heeft het recht om een enquêteverzoek in te dienen (artikel 12 Wet medezeggenschap zorginstellingen 2018).

De cliëntenraad kan niet worden veroordeeld in de proceskosten voor de behandeling van het enquêteverzoek (artikel 12, derde lid, Wmcz 2018).

NB 1: De hiervoor genoemde beperking van het toepassingsbereik van het enquêterecht van artikel 2:344, aanhef en letter b, BW tot zorginstellingen met als rechtsvorm een stichting of vereniging met een wettelijk verplichte ondernemingsraad geldt dus niet voor cliëntenraden! Artikel 12 Wet zorginstelling kent namelijk enquêtebevoegdheid toe aan de cliëntenraad van iedere zorginstelling met een privaatrechtelijke rechtsvorm bedoeld in artikel 2:3 BW.

Feitelijk betekent dit een uitbreiding van het toepassingsgebied van het enquêterecht in de zorgsector tot (a) zorgorganisaties met een verblijfsfunctie waar meer dan tien natuurlijke personen zorg verlenen of (b) ‘extramurale’ zorginstellingen met in de regel meer dan vijfentwintig zorgverleners dan wel (c) zorgorganisaties met een vrijwillig ingestelde cliëntenraad.

2. Leden van zorgorganisatie

Indien de zorgorganisatie de rechtsvorm van een vereniging of coöperatie kent, zijn de leden bevoegd een enquêteverzoek in te dienen indien zij hiertoe met ten minste 300 leden overgaan of indien zij ten minste 10% van het ledental of het aantal stemgerechtigden in de algemene ledenvergadering vertegenwoordigen.

3. Kapitaalverschaffers

Indien de zorgorganisatie de rechtsvorm van een BV kent, kunnen de kapitaalverschaffers die of 10% van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigen of EUR 225.000,- of meer aan nominaal aandelenkapitaal bezitten een enquêteverzoek indienen.

4. De zorgorganisatie zelf

De zorgorganisatie is bevoegd bij zichzelf een enquête te verzoeken. Het indienen van een enquêteverzoek door de zorgorganisatie is een vertegenwoordigingshandeling. Het bestuur van de zorgorganisatie of een of meer vertegenwoordigende bestuurders kunnen het verzoek doen. Indien een raad van commissarissen of raad van toezicht is ingesteld, kan het verzoek ook door hen worden gedaan (art. 2:346 lid 2 BW of 2:346 lid 1 aanhef en letter d BW).

5. Statutair of contractueel gerechtigden

Het staat de zorgorganisatie op wie het enquêterecht van toepassing is vrij om bij statuten of bij overeenkomst met de zorgorganisatie aan anderen dan degenen die in de wet staan opgesomd toegang tot de enquêteprocedure te verschaffen, bijvoorbeeld aan de ondernemingsraad (art. 2:346 lid 1 aanhef en letter e BW).

6. Vereniging van werknemers (vakorganisatie)

Een vereniging van werknemers die (1) in de onderneming van de zorgorganisatie werkzame personen onder haar leden telt en (2) ten minste twee jaar volledige rechtsbevoegdheid bezit, mits (3) de vereniging krachtens haar statuten ten doel heeft de belangen van haar leden als werknemers te behartigen en als zodanig in de bedrijfstak of onderneming werkzaam is (art. 2:347 BW).

7. Curator

Bij faillissement van de zorgorganisatie is de curator bevoegd tot het indienen van een enquêteverzoek (art. 2:346 lid 3 BW).

Ontvankelijkheidsvereisten

Voordat de enquêtegerechtigden zicht tot de Ondernemingskamer kunnen wenden, moeten zij eerst schriftelijk hun bezwaren tegen het beleid of de gang van zaken kenbaar maken aan het bestuur en de raad van commissarissen / raad van toezicht (artikel 2:349, eerste lid, eerste vol zin, BW). Indien de zorgorganisatie het enquêteverzoek wil indienen, moeten de raad van commissarissen onderscheidenlijk het bestuur en de ondernemingsraad zo spoedig mogelijk op de hoogte worden gesteld van het (voornemen) om het verzoek in te dienen (artikel 2:346, eerste lid, tweede volzin, BW).

Een vakorganisatie dient eerst de ondernemingsraad die is verbonden aan een onderneming die de zorgorganisatie zelfstandig of als volledig aansprakelijke vennoot in stand houdt, in de gelegenheid te stellen schriftelijk "van zijn gevoelen te doen blijken" (artikel 2:349, tweede lid, BW).

De komende periode verschijnen de vervolgartikelen van deze blogreeks Enquêterecht & de zorgsector. Eerder verscheen al deel 1.

Lees hier: Deel 1: Enquêterecht en de zorgsector

Lees hier: Deel 3: Enquêterecht en de zorgsector: eerste en tweede fase

Lees hier: Deel 4: Enquêterecht en de zorgsector: onmiddellijke voorzieningen

Lees hier: Deel 5: Enquêterecht en de zorgsector (5) - De bestuurder

Wilt u weten wat het enquêterecht voor uw zorgorganisatie of uw cliëntenraad kan betekenen? Wij helpen u graag verder. Neem gerust vrijblijvend contact op met Charlotte Perquin-Deelen.

Deze blogreeks is gebaseerd op de twee hoofdstukken (hoofdstuk 14 en hoofdstuk 54) die Louis Houwen en Charlotte Perquin-Deelen hebben geschreven voor het bij Kluwer verschenen Handboek Enquêterecht (C.D.J. Bulten e.a. (red.), Handboek Enquêterecht, Serie vanwege het Van der Heijden Instituut deel 175, Deventer: Wolters Kluwer 2022).