Banken, verzekeraars en pensioenfondsen wees bewust van de overgang van LIBOR, EURIBOR en EONIA naar alternatieve benchmarks!

30 april 2019, laatst geüpdatet 11 september 2024
In 2022 moeten instellingen mogelijk overstappen op het gebruik van alternatieve rentebenchmarks. Instellingen moeten zich bewust zijn van de risico’s en de belangen die bij die overgang een rol spelen.
Rob van Houts 
Rob van Houts 
Advocaat - Associate Partner
In dit artikel

In een eerdere blog schreven wij al dat LIBOR, EURIBOR en EONIA (in hun huidige vormen) mogelijk zullen verdwijnen in 2022. Achter de schermen wordt druk gezocht naar alternatieve rentebenchmarks. Instellingen moeten zich bewust zijn van de risico’s en de belangen van de (mogelijke) transitie naar alternatieve, risicovrije rentebenchmarks en zich hier op voorbereiden. In deze blog kun u meer lezen over benchmarks in het algemeen.

Ook de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en De Nederlandsche Bank (DNB) schrijven in een gezamenlijke brief over voorbereidingen van de overgang van LIBOR, EURIBOR en EONIA naar alternatieve rentebenchmarks. Deze benchmarks zijn gezien ontwikkelingen op de financiële markt niet meer houdbaar en voldoen in hun huidige vorm in 2022 mogelijk niet meer aan de EU-benchmarkverordening (over de verordening kunt u hier meer lezen). AFM en DNB sporen instellingen die gebruik maken van de “verdwijnende” benchmarks aan om tegen die tijd over te gaan op geschikte alternatieven.

De bovengenoemde rentebenchmarks zijn al lang de marktstandaard en de financiële en juridische markt zijn het nog niet eens geworden over een geschikt alternatief. De vraag is dan ook hoe soepel de overgang zal zijn. Indien een gepast alternatief gevonden is, zal dit met name leiden tot re-papering (het aanpassen van bestaande en toekomstige overeenkomsten). De overgang brengt risico’s en vraagstukken met zich mee. Wees u dan ook bewust van de overgang. Hierover kunt u zich altijd door een van onze specialisten laten informeren.