Welke zorgverleners hebben een Verklaring van vakbekwaamheid nodig?
Zowel zorgverleners met een BIG-geregistreerd beroep[1] als zorgverleners met een beschermde opleidingstitel[2] die afkomstig zijn uit een land buiten de EER, moeten beschikken over een Verklaring van vakbekwaamheid. Alleen met deze verklaring kan een inschrijving in het BIG-register worden verkregen of de beschermde opleidingstitel worden gevoerd. Dit is vereist om als zorgverlener in Nederland aan de slag te kunnen.
In een aantal specifieke gevallen is een andere route voorgeschreven. Wanneer de zorgverlener een diploma heeft dat al is erkend door een lidstaat van de EER of Zwitserland én de zorgverlener ten minste drie jaar werkervaring heeft in die lidstaat, kan het zijn dat de procedure ‘Erkenning beroepskwalificaties’ moet worden gevolgd.
Op de procedure ter erkenning van een beroepskwalificatie gaan wij in dit blog niet in. Wij gaan nu nader in op de Verklaring van vakbekwaamheid.
Hoe ziet de procedure eruit?
De procedure om een Verklaring van vakbekwaamheid te verwerven, is een uitgebreid en vaak langdurig traject waarin de zorgverlener de volgende stappen moet doorlopen.
Stap 1: Indienen aanvraagformulier en documenten
Om een Verklaring van vakbekwaamheid te ontvangen, moet een zorgverlener allereerst een aanvraag indienen bij het CIBG (een uitvoeringsorganisatie van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport). De aanvraag bij het CIBG bestaat uit het indienen van:
- een algemeen aanvraagformulier: in het algemeen aanvraagformulier worden onder meer vragen gesteld over de gevolgde opleidingen en beroepservaring. Verder is het mogelijk voor apothekers, (tand)artsen, gezondheidszorgpsychologen en verpleegkundigen om direct een aanvraag te doen voor erkenning en registratie van hun wettelijk erkend specialisme;
- een beroepsspecifieke bijlage (voor sommige beroepsgroepen): voor zestien beroepsgroepen is het invullen van een beroepsspecifieke bijlage een verplicht onderdeel van het aanvraagformulier Verklaring van vakbekwaamheid. In de beroepsspecifieke bijlage worden vragen gesteld over de beroepscompetenties en beroepservaring van de zorgverlener; en
- een aantal vereiste documenten: de zorgverlener moet een aantal documenten aanleveren, zoals een kopie van zijn cijferlijst en het gevolgde opleidingsprogramma. Ook kunnen aanvullende documenten, zoals een curriculum vitae en bewijs van Engelse taalvaardigheid, worden verlangd.
Stap 2: Algemene kennis- en vaardighedentoets (AKV-toets)
Verder moet een zorgverlener een algemene kennis- en vaardighedentoets (‘AKV-toets’) afleggen om een Verklaring van vakbekwaamheid te kunnen ontvangen. Het belangrijkste onderdeel van deze toets is het beoordelen van de Nederlandse taalvaardigheid. Andere onderdelen zijn Engelse leesvaardigheid, ICT-vaardigheden en kennis van de Nederlandse gezondheidszorg.
Stap 3 (voor (tand)artsen en verpleegkundigen): Beroepsinhoudelijke toets (BI-toets)
(Tand)artsen en verpleegkundigen moeten naast een AKV-toets ook een beroepsinhoudelijke toets (‘BI-toets’) afleggen. De BI-toets bestaat altijd uit een schriftelijk deel en een vaardighedentoets. De inhoud hiervan verschilt per beroepsgroep.
Stap 4: Beoordeling Commissie Buitenslands Gediplomeerden Volksgezondheid (CBGV)
De Commissie Buitenslands Gediplomeerden Volksgezondheid (‘CBGV’) beoordeelt de aanvraag en de uitkomst van de toets(en). De CBGV beoordeelt onder meer of de opleiding van de zorgverlener wat betreft inhoud en niveau gelijkwaardig is aan een Nederlandse opleiding. Als dat niet het geval is, bekijkt de CBGV of de verschillen gecompenseerd kunnen worden door een andere opleiding, scholing en/of werkervaring. Mogelijk nodigt de commissie de zorgverlener dan uit voor een gesprek.
Welke verschillende soorten besluiten kunnen worden genomen?
De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beoordeelt uiteindelijk of hij de zorgverlener vakbekwaam acht en geeft op basis van die beoordeling wel of geen Verklaring van vakbekwaamheid af. Aan een Verklaring van vakbekwaamheid kunnen voorwaarden worden verbonden voor zorgverleners met een BIG-geregistreerd beroep (denk aan restricties in de beroepsuitoefening). Als de zorgverlener om erkenning van een specialisme heeft gevraagd, wordt de Verklaring ook naar de specialistenregistratiecommissie gestuurd.
De minister is bevoegd om het afgeven van een Verklaring van vakbekwaamheid te weigeren wegens onvoldoende aangetoonde vakbekwaamheid maar ook als de Nederlandse arbeidsmarkt aan het afgeven van een verklaring in de weg staat.
Afsluiting
In deze blog hebben wij toegelicht welke zorgverleners over een Verklaring van vakbekwaamheid moeten beschikken alvorens zij met een getuigschrift van buiten de EER, in Nederland als zorgverlener aan de slag kunnen. Wij zijn ingegaan op de procedure en de mogelijke besluiten uitkomsten van een aanvraag. Zodra de zorgverlener met een BIG-geregistreerd beroep in het bezit is van een Verklaring van vakbekwaamheid, kan de BIG-registratie worden aangevraagd. Hierover meer in deel 5 van onze blogreeks.
Als u vragen heeft over de vereisten voor de inzet van zorgpersoneel afkomstig van buiten de EU/EER, neem dan gerust contact met ons op.
[1] De BIG-geregistreerde beroepen zijn (artikel 3 Wet BIG): de arts, tandarts, apotheker, gezondheidszorgpsycholoog, psychotherapeut, fysiotherapeut, verloskundige, verpleegkundige, physician assistant, orthopedagoog-generalist en klinisch technoloog.
[2] Zorgverleners met een beschermd opleidingstitel zijn (artikel 34 Wet BIG): apothekersassistent, diëtist, ergotherapeut, huidtherapeut, klinisch fysicus, logopedist, mondhygiënist, oefentherapeut, optometrist, orthoptist, podotherapeut, radiodiagnostisch laborant, radiotherapeutisch laborant, tandprotheticus, verzorgende in de individuele gezondheidszorg.