In een eerdere bijdrage schetste ik de gevolgen van de Wet toekomst pensioenen voor het nabestaandenpensioen. Onder meer stond ik stil bij de beperkte dekking tijdens een ZW-situatie in vergelijking tot een WW-situatie. Tijdens WW is wel sprake van een standaard dekking (op kosten van het collectief), terwijl dit niet tijdens ZW geldt. Een naar mijn mening merkwaardige en onwenselijke situatie, nu juist het overlijden tijdens een ZW-situatie mij een groter risico lijkt dan tijdens een WW-situatie. Afgelopen week (20 december 2022) is gestemd over de amendementen. Amendement 171 van Kamerlid Omtzigt gaat over deze beperktere dekking. Het amendement is (gelukkig) aangenomen.
Ook een ander amendement (nummer 55, van Kamerlid Ceder) aangaande het nabestaandenpensioen is aangenomen. De Wet toekomst pensioenen voorziet in een standaard uitloopdekking voor het nabestaandenpensioen gedurende 3 maanden. Met het aangenomen amendement wordt echter de mogelijkheid gecreëerd om bij pensioenovereenkomst (door sociale partners) een ruimere periode van 6 maanden aan te houden.
Vandaag (22 december 2022) wordt in de Kamer gestemd over het wetsvoorstel in het geheel. Nu ook een tweetal voor GroenLinks en de PvdA belangrijke maatregelen bij amendement zijn aangenomen, te weten een verlaging van de toetredingsleeftijd van 21 jaar naar 18 jaar en een omzetting van de wachttijd in drempeltijd voor uitzendkrachten, is de verwachting dat het wetsvoorstel op voldoende steun kan rekenen.